(22 januari 1990 )
(5 - 29 augustus 1990 )
(19 september 1991 )
(24 november 1991 )
(31 januari 1992 )
(16 juni 1992 )
(25 mei 1993 )
(3 oktober 1994 )
( 14 oktober 1994 )
(20 december 1996 )
(16 mei 2011 )
(15 mei 2013 )
(8 april 2014 )
(17 mei 2021)
(9 augustus 1989)
(19 juni 1990 )
(10 juni 1988 )
(20 maart 1996 )
(9 april 1996 )
(14 december 2009)
(24 december 1988 )
(9 augustus 1989)
(29 november 1989)
(19 juni 1990 )
(25 december 1990 )
(24 december 1991 )
(20 maart 1996 )
(28 november 2009)
(14 december 2009)
(13 maart 2020)
(12 april 2020)
(7 december 1994 )
(20 augustus 2004)
(8 april 2014 )
(18 april 1988 )
(20 februari 1989 )
(27 juni 1991)
(20 augustus 1991 )
(15 september 1991 )
(19 april 1992 )
(11 november 2019)
(14 juli 1988 )
(29 november 1989)
(29 december 1989 )
(12 mei 1990 )
(25 november 1991 )
( 14 oktober 1994 )
(22 oktober 1996 )
(16 oktober 2000 )
( 20 januari 2001 )
(9 april 1996 )
(10 juni 1988 )
(15 april 1991 )
(9 november 1994 )
(19 juni 1995 )
(21 juni 1998 )
(22 juni 1998 )
(9 november 1994 )
(15 februari 1987)
(19 februari 1987)
(21 juni 1998 )
(15 oktober 1998 )
(Maart/ April 2001 )
(21 augustus 2018)
(14 december 2009)
(17 mei 2021)
(5 maart 1987 )
(10 september 1988 )
(29 september 1988 )
(1 maart 1989 )
(4 juli 1989 )
(19 januari 1991 )
(29 september 1991 )
(27 augustus 1992)
(August 27, 1992)
(29 september 1993 )
( 14 oktober 1994 )
(29 september 1995 )
(19 augustus 1996 )
(19 maart 1988 )
(19 april 1988 )
(16 mei 1988 )
(17 januari 1989)
(9 februari 1989 )
(29 maart 1989 )
(19 juni 1989 )
(2 november 1989 )
(20 oktober 1990 )
(19 december 1990 )
(25 oktober 1991 )
(14 oktober 1991 )
(21 december 1992 )
(31 mei 1994 )
(7 december 1994 )
(27 november 1996 )
(18 oktober 1987 )
(4 januari 1988 )
(
(Toen ik de passage over Rusland, die dood lag, herlas, huilde ik weer bittere tranen.)
huil niet, Vassula; Ik heb je verteld, dat Ik haar zal doen opstaan;
Ik bemin haar, Heer. Ik heb medelijden met haar, Heer. Ik bemin haar.
bemin haar zoals Ik haar bemin, ze is ook Mijn dochter, jouw zuster;
Heer, wilt U naar haar toegaan en haar laten opstaan? Zal zij naar U terugkeren, O Heer?
Ik zal naar haar toegaan en haar laten opstaan en haar naar Mijn Huis dragen; Ik wil dat al Mijn kinderen haar beminnen; we zullen haar allemaal omringen met Liefde;
Mijn God, zei U dat U verder wilt gaan met Uw Boodschap van de 4e?
Ik zal verder gaan;
toen Rusland afhankelijk werd van Satan, omdat haar land onvruchtbaar was, bood hij haar de dodelijke vrucht aan die hij in voorraad houdt voor hen die Ik bemin; het doodt in etappen; hoe meer men ervan eet, hoe meer men ervan nodig heeft; het is dodelijk, het doodt langzaam; hij voedde haar met zijn vrucht en doodde haar; ze stierf met deze vrucht nog in haar hand geklemd;
Vassula, vertrouw Mij, Ik zal haar laten opstaan, dochter, wees stil, maak je geen zorgen; laat Mij vrij en Ik zal Mijn Werken voltooien;
Heer, ik maak me zorgen omdat U mij vroeg Uw kinderen van Garabandal te zegenen en hen over Uw Boodschap te vertellen; dan de autoriteiten te laten lezen hoe ze moeten beginnen zich te verenigen; dan ze te vragen om Garabandal te heiligen en ze te laten begrijpen dat Garabandal inderdaad het vervolg van Fatima is. Dan hoezeer de Heilige Maria beledigd is omdat men haar verschijningen in Garabandal niet heeft erkend en de fout van Fatima heeft herhaald. O Heer, en nu nog Rusland en U geeft mij aldoor te verstaan dat ik Uw dienaar, Johannes Paulus II, de Boodschap moet overhandigen en ik heb van dit alles NIETS gedaan! Uw Woord ligt op mij en het is zwaar om helemaal alleen...
zeg het nu!
Ik wilde zeggen “ … te dragen.”[1] Vergeef mij.
Vassula, Ik draag Het met jou; Ik deel Mijn Kruis met jou; Vassula, Ik vergeef je; Ik heb je ook getuigen gegeven die hetzelfde Kruis dragen; je vergeet steeds dat Ik het ben, de Heer, die al deze dingen zal doen, en niet jij; jij moet Mij beminnen en je uit Mij voeden;
kom, Ik zal je Mijn Liefde in je oor fluisteren; verheug je, dochter, want de tijd is gekomen; bemin Mij zoals Ik jou bemin; Ik Ben Jezus Christus, Beminde Zoon van God en Verlosser; teken Mijn teken;
)
(1 februari 1988 )
(11 maart 1988)
(19 mei 1988 )
(13 november 1989 )
(24 december 1989 )
(24 april 1990 )
(17 oktober 1990 )
(23 juli 1991 )
(30 augustus 1991 )
(3 september 1991 )
(11 september 1991 )
(24 december 1991 )
(30 januari 1992)
(9 september 1992 )
(15 oktober 1992 )
(18 oktober 1992 )
(20 oktober 1992 )
(25 oktober 1992 )
(18 februari 1993 )
(18 september 1993 )
(September 21, 1993)
(13 december 1993 )
(7 december 1994 )
(7 februari 2002 )
(20 augustus 2004)
(8 april 2014 )
(29 juli 2014)
(11 november 2019)
(13 maart 2020)
(12 april 2020)
(17 mei 2021)
(12 januari 1988 )
(13 januari 1988 )
(16 mei 1988 )
(21 juni 1988 )
(3 december 1988 )
(17 januari 1989)
(22 januari 1989 )
(9 februari 1989 )
(15 februari 1989 )
(20 februari 1989 )
(29 maart 1989 )
(9 augustus 1989)
(29 augustus 1989 )
(10 oktober 1989 )
(26 oktober 1989 )
(29 november 1989)
(17 januari 1990 )
(22 april 1990 )
(12 mei 1990 )
(6 juli 1990 )
(20 oktober 1990 )
(30 mei 1995 )
(15 juni 1995 )
(21 mei 2001 )
(4 januari 1988 )
(
(Toen ik de passage over Rusland, die dood lag, herlas, huilde ik weer bittere tranen.)
huil niet, Vassula; Ik heb je verteld, dat Ik haar zal doen opstaan;
Ik bemin haar, Heer. Ik heb medelijden met haar, Heer. Ik bemin haar.
bemin haar zoals Ik haar bemin, ze is ook Mijn dochter, jouw zuster;
Heer, wilt U naar haar toegaan en haar laten opstaan? Zal zij naar U terugkeren, O Heer?
Ik zal naar haar toegaan en haar laten opstaan en haar naar Mijn Huis dragen; Ik wil dat al Mijn kinderen haar beminnen; we zullen haar allemaal omringen met Liefde;
Mijn God, zei U dat U verder wilt gaan met Uw Boodschap van de 4e?
Ik zal verder gaan;
toen Rusland afhankelijk werd van Satan, omdat haar land onvruchtbaar was, bood hij haar de dodelijke vrucht aan die hij in voorraad houdt voor hen die Ik bemin; het doodt in etappen; hoe meer men ervan eet, hoe meer men ervan nodig heeft; het is dodelijk, het doodt langzaam; hij voedde haar met zijn vrucht en doodde haar; ze stierf met deze vrucht nog in haar hand geklemd;
Vassula, vertrouw Mij, Ik zal haar laten opstaan, dochter, wees stil, maak je geen zorgen; laat Mij vrij en Ik zal Mijn Werken voltooien;
Heer, ik maak me zorgen omdat U mij vroeg Uw kinderen van Garabandal te zegenen en hen over Uw Boodschap te vertellen; dan de autoriteiten te laten lezen hoe ze moeten beginnen zich te verenigen; dan ze te vragen om Garabandal te heiligen en ze te laten begrijpen dat Garabandal inderdaad het vervolg van Fatima is. Dan hoezeer de Heilige Maria beledigd is omdat men haar verschijningen in Garabandal niet heeft erkend en de fout van Fatima heeft herhaald. O Heer, en nu nog Rusland en U geeft mij aldoor te verstaan dat ik Uw dienaar, Johannes Paulus II, de Boodschap moet overhandigen en ik heb van dit alles NIETS gedaan! Uw Woord ligt op mij en het is zwaar om helemaal alleen...
zeg het nu!
Ik wilde zeggen “ … te dragen.”[1] Vergeef mij.
Vassula, Ik draag Het met jou; Ik deel Mijn Kruis met jou; Vassula, Ik vergeef je; Ik heb je ook getuigen gegeven die hetzelfde Kruis dragen; je vergeet steeds dat Ik het ben, de Heer, die al deze dingen zal doen, en niet jij; jij moet Mij beminnen en je uit Mij voeden;
kom, Ik zal je Mijn Liefde in je oor fluisteren; verheug je, dochter, want de tijd is gekomen; bemin Mij zoals Ik jou bemin; Ik Ben Jezus Christus, Beminde Zoon van God en Verlosser; teken Mijn teken;
)
(1 februari 1988 )
(11 maart 1988)
(19 mei 1988 )
(13 november 1989 )
(24 december 1989 )
(24 april 1990 )
(17 oktober 1990 )
(23 juli 1991 )
(30 augustus 1991 )
(3 september 1991 )
(30 januari 1992)
(9 september 1992 )
(15 oktober 1992 )
(18 oktober 1992 )
(20 oktober 1992 )
(25 oktober 1992 )
(18 september 1993 )
(September 21, 1993)
(13 december 1993 )
(29 juli 2014)
(22 april 1990 )
(11 september 1991 )
(4 april 1987 )
(29 april 1987 )
(2 mei 1987 )
(20 mei 1987 )
(23 mei 1987 )
(25 mei 1987 )
(1 juni 1987 )
(2 juni 1987)
(10 juni 1987 )
(17 juni 1987 )
(30 juni 1987 )
(3 juli 1987 )
(7 juli 1987 )
(22 juli 1987 )
(4 september 1987 )
(15 september 1987 )
(24 september 1987 )
(28 september 1987 )
(10 oktober 1987 )
(13 oktober 1987 )
(16 oktober 1987 )
(18 oktober 1987 )
(23 oktober 1987 )
(27 oktober 1987 )
(30 oktober 1987 )
(8 november 1987 )
(10 november 1987 )
(18 november 1987 )
(21 november 1987 )
(28 november 1987 )
(30 november 1987 )
(6 december 1987 )
(8 december 1987 )
(12 december 1987 )
(22 december 1987 )
(23 december 1987 )
(12 januari 1988 )
(13 januari 1988 )
(18 januari 1988 )
(3 februari 1988 )
(20 februari 1988 )
(3 maart 1988 )
(8 maart 1988 )
(13 maart 1988 )
(19 maart 1988 )
(23 maart 1988 )
(29 maart 1988 )
(31 maart 1988 )
(5 april 1988 )
(18 april 1988 )
(19 april 1988 )
(7 mei 1988 )
(16 mei 1988 )
(21 juni 1988 )
(25 juli 1988 )
(26 juli 1988 )
(29 juli 1988 )
(August 4, 1988)
(8 augustus 1988 )
(9 augustus 1988 )
(16 augustus 1988 )
(17 augustus 1988)
(25 augustus 1988 )
(5 oktober 1988 )
(8 november 1988 )
(10 november 1988 )
(3 december 1988 )
(20 december 1988 )
(13 januari 1989 )
(17 januari 1989)
(22 januari 1989 )
(5 februari 1989)
(9 februari 1989 )
(15 februari 1989 )
(20 februari 1989 )
(26 februari 1989 )
(29 maart 1989 )
(13 mei 1989 )
(16 mei 1989 )
(1 juni 1989)
(19 juni 1989 )
(4 juli 1989 )
(9 juli 1989 )
(9 augustus 1989)
(5 oktober 1989 )
(10 oktober 1989 )
(26 oktober 1989 )
(31 oktober 1989 )
(2 november 1989 )
(13 november 1989 )
(29 november 1989)
(10 januari 1990 )
(17 januari 1990 )
(3 maart 1990 )
(10 maart 1990)
(22 april 1990 )
(19 juni 1990 )
(27 juni 1990 )
(6 juli 1990 )
(19 juli 1990 )
(12 september 1990)
(17 oktober 1990 )
(20 oktober 1990 )
(15 november 1990 )
(4 december 1990 )
(19 december 1990 )
(14 april 1991)
(15 april 1991 )
(2 mei 1991 )
(4 augustus 1991 )
(23 september 1991 )
(13 oktober 1991)
(14 oktober 1991 )
(17 oktober 1991 )
(25 oktober 1991 )
(29 oktober 1991 )
(
Jahweh ik bemin U. Ik aanbid U.
Jahweh, mijn hemelse Liefde
ik weet dat U met mij bent.
Jahweh, mijn Vader en Abba,
vertel Uw zo Beminde Zoon
dat mijn hart voor Hem alleen leeft.
Vertel Hem dat Hij de lucht is die ik inadem, mijn Leven.
Vertel Hem dat ik mijn stem omwille van Hem
zo ver als ik kan zal laten weerklinken,
om Zijn Verlangens en Zijn Vurige Liefde voor ons te verkondigen.
Vertel Hem, Vader,
dat niemand en niets ooit
tussen deze liefde
die ik voor Hem koester zal komen.
Vertel Hem dat Hij mijn Glimlach is, mijn Vreugde en mijn Hoop.
Vertel aan mijn Verlosser hoezeer ik naar Hem verlang
en hoe ik dag en nacht wegkwijn van liefde voor Hem.
dochter, beminde van Mijn Ziel, wist je het niet? wist je niet hoe Mijn Geest rust op Nietigheid? heb je niet gehoord hoe Ik Mij verheug als Ik Mijn hele Gelaat openbaar aan kinderen? heb je niet gelezen: "Ik ben gevonden door hen die Mij niet zochten en heb Mijzelf geopenbaard aan hen die niet naar Mij gevraagd hadden;"[1]
- je Vreugde is je Schepper,
- je Liefde is je Gezalfde,
- je Toorts is Mijn Heilige Geest;
doe je voordeel, Mijn kind, met alle gaven die Ik je gegeven heb en herstel Mijn Huis;
- toen Ik langs een rivier wandelde zag Ik een stuk drijfhout[2], dat wegdreef met een wereldlijke stroming; Ik boog voorover en haalde het uit de stroom, Ik nam het mee naar Huis en plantte het in Mijn Tuin van Vreugden; van een droog stuk hout, dat jij was, heb Ik een Boom gemaakt; Ik zei: "groei! groei en schiet wortel in Mijn Tuin, in Mijn Eigendom; en laat uit je bloesems een parfum wasemen om Mijn Gerechtigheid te bedaren;" Ik zei: "er zal elke maand een oogst aan vruchten aan groeien, en je bladeren zullen genezend zijn voor velen"; nu en dan schep Ik er behagen in je te snoeien; het verrukt Mij bloemen in bloei te zien en je vruchten voortdurend te zien groeien; alleen, het Water[3] van Mijn Heiligdom[4] kan je groei en Leven geven;
Ik, Jahweh, zal erop toezien dat je gedijt; Ik schep er behagen in nu en dan stukken drijfhout[5] op te rapen op Mijn weg; Ik kan leven geven aan alles wat Ik onderweg opraap;
)
(14 november 1991 )
(25 november 1991 )
(18 januari 1992 )
(27 januari 1992)
(13 februari 1992 )
(14 februari 1992 )
(18 februari 1992 )
(4 maart 1992 )
(27 maart 1992 )
(5 juni 1992 )
(16 juni 1992 )
(
Heer, zolang wij onverzoend blijven gaan we door Uw Heilige Kerk te ontheiligen en gaan wij langzaam maar zeker door onze zielen terug te brengen tot een hoop puin. Zoeken wij U werkelijk als we praten over EENHEID? Wanneer gaat U tussenbeide komen en ons tot bezinning brengen om U oprecht te zoeken? Gebruiken wij onze tong om openlijk tegen U te liegen en slechts te doen alsof wij ons willen VERENIGEN? Hoelang zullen wij U nog belasteren en zult U niet tussenbeide komen? Wij provoceren U herhaaldelijk, wanneer zult U ons uitdagen?
leerlinge, zeg Mij dit gebed na:
God, U die vol Medelijden bent,
laat Uw Gelaat glimlachen naar ons om ons te verenigen;
zie vanuit de hemel neer,
kijk naar onze verdeeldheid die nu in Uw Kerk heerst,
Uw lammeren, Mijn Herder,
komen in groten getale om,
terwijl zij weidegrond zoeken om in leven te blijven;
luister naar het zuchten van de Kerk;
deze grote voorspelde Geloofsafval
berooft U van Uw kinderen,
breng Uw Kerk
deze Dag van Glorie die U eens voorspeld heeft
opdat wij allen één mogen zijn,
Heer, blijf niet zwijgen en talm niet langer,
kom! kom, breng ons de eens voorspelde Dag,
laat iedereen Uw Majesteitelijke Stem horen;
U staat bekend als de Goedgunstige, Mijn God,
luister naar mij en antwoord mij …
ik dank U
want ik weet dat U mij hebt verhoord;
amen;
ja, Mijn Vassula, vertrouw Mij met heel je hart; stel al je vertrouwen in Mij. Ik zal je nooit in de steek laten …[1] verkondig wat je te verkondigen hebt!
Heer, waar zou ik anders in kunnen geloven en vertrouwen?
U bent de Heilige die beslist,
U bent Almachtig dus waar zou ik anders heen gaan?
toch ben je vrij om te kiezen; zelfs wanneer je ontrouw wordt, Ik ben altijd trouw; kom, schrijf: Ik berisp de mens die zich als een vreemde tegenover Mij gedraagt; Ik zal Mijn Troon in jullie harten zetten om Mijn Heilige Naam te eren en Ik zal Mijn Luister in jullie kleine hart laten stralen; de tijd is nu bijna ten einde, Ik kom jullie te hulp, Ik kom naar jullie verdrukten, langs de weg die Ik gekomen ben zal Ik terugkeren; Ik zal Mijn Stad in Heerlijkheid binnentreden; Ik kom; wees daarom bereid om Mij te verwelkomen;
O kinderen! Ik roep jullie! Mijn oproepen gaan uit naar jullie allen en de grondvesten van de aarde schudden van Mijn Oproepen, hoelang zijn jullie nog van plan te slapen? wanneer zullen jullie opstaan uit jullie lethargie en apathie? onheil staat vlak voor jullie deur en zal jullie in je slaap overvallen, plotseling, onafwendbaar; onherstelbaar, en zullen jullie dan nog niets vermoeden? maar kijk, zie Wie het is die Zich helemaal naar jullie buigt, die echt op jullie deur en hart klopt; doe open voor Mij, jullie de Mijnen, want Mijn Heilig Hart is verscheurd door gebrek aan liefde, Mijn Lippen gebarsten en met blaren door gebrek aan Liefde;
doe open voor jullie Heilige en troost Hem zoals Hij jullie wil troosten; Ik sta aan jullie deur, weiger niet Mij te ontvangen … als jullie Mij toestaan jullie hart binnen te gaan zal Ik in jullie een bron doen ontspringen, omdat jullie ziel Mij zal hebben herkend als jullie Verlosser; Ik zal jullie zo deerniswekkende verlatenheid bevloeien en als een Wijnrank zullen jullie bloeien en vrucht dragen;
kom, dochter; Ik, Jezus, zegen je omdat je Mij toestaat je hand te gebruiken;
)
(10 augustus 1992 )
(26 augustus 1992 )
(
Jezus?
Ik ben; kleintje, je weet amper hoeveel Ik voor je gebeden heb tot de Vader, om niet te spreken van je Heilige Moeder! Mijn Ogen vergieten dagelijks Tranen vanwege de misdaden van deze wereld ... Mijn Ogen zijn vermoeid door het zoeken naar edelmoedige zielen; Mijn Hart is verontrust en Mijn Hele Wezen siddert zo van pijn dat Ik niet wil neerkijken op de zonden van deze generatie, opdat Mijn Beker niet overloopt;
Ik heb een nieuwe Liefdeshymne[1] gemaakt om voor jullie te zingen en elk hart te bereiken vanuit de hemelen, om jullie te redden en jullie te herinneren aan Mijn Eeuwige Liefde die Ik voor elk van jullie heb; Ik heb van boven gesproken, niet om Mijn voorschriften aan jullie op te leggen, maar om jullie een verdrag van Vrede en Liefde voor te stellen om jullie allen onder Mijn Vleugels te vergaren en te jullie verenigen; Ik heb voorgesteld jullie te huwen … maar hoeveel van jullie hebben begrepen wat Ik steeds had gezegd? hebben jullie werkelijk begrepen wat de Bruidegom jullie heeft aangeboden? verklaar Mij dan eens waarom telkens wanneer Ik over verzoening spreek, jullie je ogen van Mij afwenden …
- Ik was een vreemdeling en jullie hebben Mij niet verwelkomd, Ik stond voor jullie deur, kloppend, en jullie hebben Mij niet gehoord; Ik heb de Waarheid gesproken, maar jullie tong hield niet op gemene leugens over Mij te vertellen, Mij te oordelen en te veroordelen; Ik ben gekomen om jullie een goed begrip bij te brengen en jullie te herinneren aan Mijn Kennis, Leiderschap en Dienstbaarheid, maar jullie hebben Mij bespot en beschimpt; Ik heb jullie bezocht met Liefde en Tederheid, met een sterk verlangen om jullie allen in Mijn Hart te verenigen en jullie nogmaals de voorschriften van Mijn vroege Kerk te leren, maar jullie lieten je eigen voorschriften toe jullie geest binnen te dringen en Mij uit jullie hart te verdrijven;
jullie zullen vragen: "wanneer heb ik U al deze dingen aangedaan, Heer?" Ik zeg jullie, jullie hebben ze Mij al aangedaan; jullie hebben Mij voortijdig geoordeeld en jullie lippen toegestaan Mij te veroordelen, want wat jullie Mijn afgezanten hebben aangedaan hebben jullie Mij aangedaan; jullie hebben hun naam ontheiligd, denkend Mij daarmee een gunst te bewijzen, maar in werkelijkheid hebben jullie Mijn Naam ontheiligd; hoe kunnen jullie nog zeggen: "Uw Woord, mijn Heer, is een lamp voor mijn voeten, een Licht op mijn pad", als jullie Mijn Woord niet aanvaard hebben noch je hebt verzoend met je broeder?
met grote Liefde en Tederheid zijn Onze Twee Harten gedurende deze laatste dagen eropuit[2] geweest om jullie opnieuw te leren dat gebed, liefde en nederigheid de SLEUTELS zijn tot jullie redding, maar hoeveel van jullie zijn werkelijk doorgedrongen tot deze Waarheid? jullie hart is de poort waardoor Ik kan binnenkomen om jullie te genezen en op Mijn Weg te leiden;
hebben jullie werkelijk Onze Woorden in jullie hart verzameld of zijn jullie nog steeds uit op oorlog? jullie kunnen je niet voor Mij verbergen en evenmin kunnen jullie zeggen dat Ik jullie de Waarheid heb onthouden; verklaar Mij dan jullie verdeeldheid als jullie beweren in de Waarheid te zijn … open je ogen, Mijn vriend! open je hart, niet je verstand! Ik zeg jullie nogmaals:
er is geen goed mens meer over, nee, werkelijk niet één, er is er niet één die begrijpt, daar jullie allen onder de heerschappij van de zonde staan, niet één die Mij zoekt; allen hebben zich afgewend, allen evenzeer bezoedeld en toch beweren velen van jullie in het Licht te zijn; Ik zeg jullie, zolang jullie verdeeld blijven zijn jullie nog in duisternis; zolang jullie je verheugen in je verdeeldheid, weten jullie nog niet waar je heengaat, want het is te donker om te zien;
Ik ben naar jullie gekomen om jullie een kostbaar Geschenk aan te bieden: het Geschenk van Mijn Liefde, maar Liefde werd weer verkeerd begrepen, afgewezen, en vreemdeling(?) in jullie hart; ondanks al Mijn smeken om jullie te verzoenen en te verenigen, gaan jullie door met zondigen; hoe kan Ik jullie zonden vergeven als jullie herhaaldelijk Mijn Woorden verdringen? jullie horen Mijn Stem, maar jullie herkennen Hem niet langer; tenzij jullie Mij toestaan om alles wat in je hart niet van Mij is, uit te roeien, zullen jullie nooit zien hoe vandaag Mijn Heilige Geest meer dan ooit in jullie streeft naar: verzoening en eenheid;
Ik heb jullie laten zien hoe te verenigen;
eenheid zal in jullie hart zijn; verzoening zal in het hart zijn en niet door een ondertekend verdrag! hoe kan iemand beweren rechtvaardig te zijn wanneer jullie landen in oorlog zijn en in brand staan! leer dat Mijn Heilig Hart van jullie verlangt:
naastenliefde, edelmoedigheid, gebed
en een geest van verzoening,
en elkaar te beminnen
zoals Ik jullie bemin;
zal Ik van jullie je schreeuw van overgave en van berouw horen?
)
(29 september 1992 )
(1 november 1992 )
(19 november 1992 )
(29 november 1992 )
(21 december 1992 )
(6 januari 1993 )
(17 januari 1993 )
(3 februari 1993 )
(18 februari 1993 )
(15 maart 1993 )
(19 maart 1993 )
(8 april 1993 )
(16 april 1993)
(26 april 1993 )
(30 mei 1993 )
(30 juni 1993 )
(30 september 1993 )
(6 december 1993 )
(13 december 1993 )
(21 maart 1994)
(30 mei 1994 )
(31 mei 1994 )
(3 oktober 1994 )
(5 oktober 1994 )
(18 oktober 1994 )
(24 oktober 1994 )
(9 november 1994 )
(7 december 1994 )
(
(Dhaka.)
Heer!
U hebt mij zó opgevoed.
Geluk is gereserveerd voor de ellendigen en de armen;
zo kwam ik ertoe op te merken
wat het oog niet kan waarnemen
tenzij het ons van boven wordt gegeven.
vrede zij met je; Ik kon het niet aanzien dat de bloem-van-Mijn-Hart zou omkomen;[1] Ik kon het niet aanzien dat je voor altijd blind zou zijn, Mijn Hart is je woonplaats en je redding; hoe kon Ik het aanzien dat deze wolk Mijn tent overschaduwde en blijven zwijgen? één blazen van Mijn Adem was nodig om weg te blazen wat Mijn tent[2] overschaduwde …
en nu, één vraag: wil je nog steeds doorgaan met alles wat Ik je heb gegeven, en met liefde voor de Liefde[3] evangeliseren?
Ja Heer.
zeg: "ja Heer, maar met een vuur binnenin mij, met ijver voor Uw Huis en Uw Glorie;”[4]
hernieuw dan je beloften van trouw aan Mij[5] en dan zal Ik Mijn genaden aan jou hernieuwen … Ik zal doorgaan Mijn genaden en Mijn onderrichtingen over je uit te storten; behaag Mij en bevredig Mijn dorst, besef wat Ik je heb gegeven;[6] Mijn genoegen is het te geven …
herinner je leidsman[7] eraan hoe opoffering Mij bevalt, edelmoedigheid is ook welgevallig in Mijn Ogen; Ik wil jullie beiden eraan herinneren hoe belangrijk het is gelijke tred[8] met Mij te houden, de dringende noodzaak van Mijn Boodschap; jullie staan voor de dageraad van de komende grote gebeurtenissen; zet je hart aan het werk; en dan, wees vriendelijk voor elkaar; lauwheid in je werk mishaagt Mij;
o, wat zou Ik je nog meer kunnen geven dat Ik je niet al gegeven heb? Ik heb je deze Onuitputtelijke Schat gegeven die verborgen was voor de ogen van de mensen en alleen geopenbaard werd aan Gertrudis,[9] deze Schat die haar hart in totale verrukking achterliet en haar ogen geboeid door het wonder;[10] deze Onuitputtelijke Schat was voor jullie tijden gereserveerd: het einde van de tijden; Mijn Heilig Hart bewaarde deze rijkdommen voor jouw generatie; nu, begrijp je, Mijn Vassula, waarom de duivel jou als zijn voornaamste zorg ziet en als zijn voornaamste doel voor vernietiging?
Nu begrijp ik het, Heer.
Ik zal je nooit in de steek laten; werk met Mij[11] en behaag Mij; Ik ben je Leven … bid dat de Boze zich niet te dicht waagt bij jullie eenheid[12] … bid voor de voltooiing van je werk; bid en vraag de Vader je volmaakt te maken; Ik, Jezus, zegen jullie beiden en onthoud: vertrouw elkaar, zegen elkaar, wees een voorbeeld van wat eenheid zal zijn! wees één;
(Noot: Sint Gertrudis is dikwijls de Grote genoemd, omdat zij een van de grootste mystici was van de Katholieke Kerk. Hoewel zij bijna vier eeuwen vóór de heilige Margarethe Maria leefde, had zij een grote devotie tot het Hart van Jezus. Haar boek ‘de Heraut van de Goddelijke Tederheid’ is een levend gedicht over de Goddelijke Liefde, een liefde altijd verbonden met het Heilig Hart.
Een van de beroemdste van al haar visioenen betrof het Hart van Christus. Het visioen werd gegeven op het feest van St. Jan de Evangelist. In haar boek spreekt ze over zichzelf in de derde persoon.
Een lezing van St.Gertrudis:
"Terwijl zij, volgens haar gewoonte, geheel verzonken was in gebed, verscheen haar de apostel die Jezus zozeer beminde, en die om die reden door iedereen bemind zou moeten worden. Ze zei toen tegen hem: ‘En welke genade kan ik, ellendige, verkrijgen op uw feestdag?’ Hij antwoordde: ‘Kom met mij mee, je bent de uitverkorene van Mijn Heer, laten we aan Zijn borst rusten waarin alle Schatten van gelukzaligheid zijn verborgen.’
- Toen nam hij haar mee naar onze Heer en beiden plaatsten zich aan het Hart van onze Heer. Daar ontdekte zij deze Onuitputtelijke Schat, die Hij verborgen hield in Zijn Hart. Toen ze de Evangelist vroeg waarom deze Schat niet eerder was gegeven of waarom de Evangelist niet over deze Schat had gesproken, zei St. Jan:
‘Het was mijn zending om aan de Kerk, in haar eerste tijd, een eenvoudig woord over het ongeschapen Woord van God de Vader over te leveren dat de gehele mensheid voldoende stof zou verschaffen om over te mediteren tot het einde van de wereld, en toch zonder dat er ooit iemand in zou slagen het ten volle te begrijpen.’
Maar om te vertellen over de hartkloppingen van het Hart van Jezus gereserveerd voor moderne tijden zodat, bij het horen van deze dingen, de wereld reeds oud en koud wordend voor de liefde van God, opnieuw mag ontbranden en weer warm mag worden.”’
(St. Gertrudis (1257 - 1302), Legatus Divinae Pietatis, Boek IV hoofdstuk IV.))
[1] In november 1985, toen alles begon (Het Ware Leven in God), nam de engel Daniël, voordat hij zich voorstelde, mijn hand, en tekende een hart en vanuit het midden daarvan een bloem.
[2] Dit alles werd in beeldspraak gezegd. Wat Jezus bedoelt is als volgt: De wolk: duisternis van de ziel. Tent: mijn ziel. Zijn Adem: De Heilige Geest.
[3] Mijn beloften moesten worden hernieuwd op de plaatsen van de dageraad van Het Ware Leven in God.
[4] Ik zei het.
[5] Ik deed het.
[6] Jezus stopte abrupt en zei wat volgt.
[7] Pater O'Carroll.
[8] Jezus' “stap” is tamelijk snel …
[9] Het werd haar door Sint Jan de Evangelist geopenbaard.
[10] Zie de noot aan het einde van deze boodschap.
[11] Jezus glimlachte.
[12] De eenheid tussen Pater O’Carroll en mij.
)