12 april 1993
De Heer alleen is mijn Rechter.[1]
U zei, Heer:
‘Ik kom Mijn schapen bevrijden opdat ze niet langer bedrogen zullen worden’[2]
Ik vertrouw op Uw Woorden.
vrede zij met je; steun op Mij; Ik zeg je, dochter, wat jou betreft, je moet geduldig zijn en de volgende woorden steeds in gedachten houden: op het einde zullen Onze Twee Harten zegevieren; wat Ik begonnen ben en gezegend heb zal Ik voltooien;
Ik heb jou gezegend door je te laten deelnemen aan Mijn reddingsplan; oh! hoezeer bemin Ik je zwakheid! want in jouw onuitsprekelijke zwakheid ben Ik Koning! zodra Ik Mijn Werken met jou heb voltooid, zul je ogenblikkelijk en gelijktijdig worden verteerd; velen die gevallen zijn zullen opstaan en verkondigen dat Ik werkelijk jouw Soevereine Meester was en dat jij de Vreugde-van-Mijn-Passie bent geweest; de welbeminde dienares van Mijn Passie; en ze zullen Mij prijzen;
stel Mij vandaag tevreden, beantwoord aan Mijn verzoeken en sla acht op je zending; wees niet bang, Mijn bruid, kom en leg van tijd tot tijd je hoofd op Mijn Heilig Hart en geef jezelf wat rust; Ik zal je niet berispen noch zal Ik je ervan beschuldigen niet precies aan Mijn verzoeken te hebben voldaan; Mijn Sterkte zal je na je vallen optillen en Ik zal je langzaam, als een laaiend Vuur, verteren in de vlammen van Mijn vurige Liefde; zo zul je tenslotte Mijn Wil doen en tot in de perfectie beantwoorden aan al Mijn verzoeken … ben Ik niet je Schepper en Bruidegom? heb Ik je niet voorzien van Mijn Rijkdommen? waarom zou Ik je dan in de steek laten? door je deze zending toe te wijzen, ben je gezegend; door je uit jouw huis te sturen om het Mijne op te bouwen, zul je in Mijn Licht leven! door je de keuze te laten voor Mijn Huis te zorgen vóór het jouwe, ben je gezegend en Ikzelf zal de Bewaarder zijn van jouw huis; daarom wees niet bang, Mijn kind, Ik zegen je omdat je Mij je hart hebt gegeven; ga nu onder de mensen en geef hun alles wat Ik jou gegeven heb, geef hun deze Boodschappen, ze zijn Mijn persoonlijke liefdesbrief aan ieder van hen; wees bezorgd, zoals Ik bezorgd ben, om Mijn volk te redden van de ondergang; geef hen Mijn Vrede; dochter, ecclesia zal herleven!
Ik bemin je;
[1] 1 Kor. 4:4.
[2] Ez. 34:22.