15 september 1987 

Jezus, ik kan niet verdragen dat ze U voortdurend verwonden. Haast U deze doornen te verwijderen! 

O dochter, Ik zal ze je aanwijzen, de een na de ander; Ik zal je zeggen waar ze zitten en met Mijn Kracht zul jij ze één voor één uittrekken; en in plaats van deze doornen die Mij verwonden, zal Ik je Mij slechts bloemen laten aanbieden uit de tuin van Mijn vreugden; want ze zijn onder Mijn Licht gegroeid en verspreiden op aarde hun zoete geur en verfraaien Mijn tuin; in Mijn Hart en in Zijn meest innerlijke diepten heb Ik nog steeds de punt van de lans; Vassula, ook die zal worden verwijderd; met Mijn Macht zal Ik hem verwijderen; Ik zal ze deze keer niet sparen!

verenig Mijn lammeren en zeg hun dat,”Ik, de Heer, hen zegen;” 

 

17 september 1987 

Vassula, Ik stuur je naar hem[1] toe zodat hij van Mijn Boodschap hoort; wil je hem vragen je te ontvangen? wil je hem vragen je gids te zijn?[2] 

(In een oogwenk zag ik plotseling in een visioen dat de Heer mij gaf de duivels die op aarde ronddolen, ten val gebracht! Het was alsof de droge aarde waarop ze stonden, schokte en scheurde, zichzelf omhoog hief als een vuist, en hen omverwierp. Ze vielen hulpeloos achterover, machteloos.) 

Ik kom om Mijn kinderen te verenigen en hen te zegenen; 

 

18 september 1987 

Deze vrijdag heb ik de Griekse priester ontmoet in de Grieks-orthodoxe kerk. Ik vertelde hem alles. Hij luisterde en aanvaardde alles wat ik zei. Hij wil nu de openbaring bestuderen.


[1] De Grieks-orthodoxe priester Alexandros

[2] Daar bedoelt God mee: mij raad te geven.