28 mei 1987 

Heer, U wilt mij als Uw offer, zei U? 

Vassula, ja, wees Mijn offer; 

Mijn God; ik weet werkelijk niet wat offer zou kunnen betekenen. Dat kan variëren, maar ik begrijp dat het een soort lijden inhoudt. Omdat U mij vraagt een offer voor U te zijn, laat het geschieden. Maar om een offer voor God te zijn moet men enige waarde hebben om God te verheerlijken. Omdat ik weet dat ik een stofje ben, uitgekozen vanwege mijn armzaligheid, vraag ik mij af wat voor soort welgevallig offer ik zou zijn? Want zelfs om een offer voor God te zijn, moet men in een staat zijn die Hem zou eren, zodat het ‘offer’ een soort hoogachting is die plaats kan hebben om God te eren. Zelfs dat, mijn God, ben ik niet in staat te geven, tenzij U mij welgevallig maakt om Uw offer te zijn, en zo waardig te worden. 

Vassula, herinner jij je toen Ik bij je kwam en je vroeg Mij te beminnen? weet je nog dat toen een engel kwam om je onverwachts in beweging te zetten?[1] dat is de manier waarop Ik kom, wees dus waakzaam, slaap niet; Ik kwam onverwachts bij je en vroeg om liefde; Ik verlangde dat je Mij zou eren, Ik wilde je liefde winnen en je Meester zijn en over je heersen; Ik wilde dat je Mij nodig had; hoe verlangde Ik naar je liefde! “lama sabachthani”?[2] Ik kwam bij je, maar je wees Mij af; 

(Toen ik wist dat Hij het was heb ik Hem afgewezen.) 

Vassula, Ik heb je bevrijd, maar Ik zal je nog meer losmaken, heb Mijn Vrede; 
beminde, geef eerherstel, geef eerherstel, geef eerherstel;

Ik heb je uit de doden opgewekt om in staat te zijn Mijn Kerk te verenigen; 

(Ik zuchtte.) 

laat Mij je de weg wijzen; ondanks je twijfels, zal Ik je de verlangens van Mijn Hart ontvouwen; word het schrijven nooit moe; Ik zal in jou werken, steun helemaal op Mij; 

Jezus, enige tijd geleden zei iemand tegen mij dat U geen tekenen meer zult geven, U zei dat tegen de Farizeeën; hij zei dit toen ik vertelde dat deze leiding (boodschap) van U is. 

Vassula, toen Ik dit tegen de Farizeeën zei bedoelde Ik Mijn wonderen in de tijd waarin Ik in het vlees onder hen was; Mij nu te veroordelen, want het betekent Mijn Hemelse Werken veroordelen, toont aan hoe dor en gesloten hun harten zijn geworden; Mijn tekenen zullen nooit ophouden, Mijn Aanwezigheid zal in de wereld worden gevoeld en Ik zal doorgaan Mijzelf in tekenen te laten zien;

geloof, geloof, O kleingelovigen, verdraai Mijn Woord niet, want wat hebben jullie te zeggen over Fatima; zijn jullie bang om te geloven dat Ik Degene ben die jullie dat teken heeft gegeven?

O kleingelovigen, wat zouden jullie niet willen verklaren, liever dan aan te nemen dat de Hemelse tekenen van Mij zijn! bemin Mijn Werken, aanvaard Mijn Werken; geloof, geloof in Mij, Ik, die Oneindige Rijkdom en Barmhartigheid ben; Mijn tekenen zijn zo dat alle mensen zien dat Liefde hen niet heeft vergeten; Liefde heeft Zich niet teruggetrokken om Zich in haar Glorie te verheerlijken; Liefde is onder jullie en verlaat jullie nooit;


[1] De eerste keer dat mijn hand schreef. Dat gebeurde plotseling.

[2] Noot van de uitgever: Hebreeuws voor: “waarom heb je Mij verlaten?”