6 maart 1995

(Plotseling werd het Kruis mij te zwaar.) 

In het begin, mijn Heer,
liefkoosde U mij en waakte U over elke ademhaling
met een moederlijke tederheid. 

U vormde mij, weet U nog,
zoals zachte klei wordt geboetseerd met zoveel zorg,
nooit voelde ik dat ik werd geveld
zodat ik mijn leven opnieuw kan beginnen;
zo teder was Uw aanraking. 

Daarna begiftigde U mij met Uw Heilige Geest, de Gever van Leven,
en sindsdien vlogen mijn dagen haastig voort,
alleen verrukking ziende in hun vlucht. 

Waarom word ik vandaag vertrapt door de ongevoeligen,
die niet door hun beschaduwde duisternis  kunnen kijken?
Zij die leven onder een ondoordringbare sluier
en die hun weg tastend moeten zoeken als ze lopen? 

U hebt mij beloofd dat hun grootheid
tot niets zou worden teruggebracht,
en hun wijsheid tot stof. 

Het is van U bekend dat U degenen
met neergeslagen ogen en de onschuldigen redt;
het is van U bekend, dat U notitie neemt van alles wat gezegd en gedaan wordt;
moet ik voortdurend onder het Puin[1] worden vermorzeld? 

Hoeveel meer kan ik nog worden getroffen?
Heeft mijn wankelen U nog niet uitgedaagd?
Kan ik nog meer ellendig worden dan ik al ben? 

En nu behaagt het U mij te hebben waar
het licht zelf is als het donkerste van de nacht. 

luister, Mijn lam: om je nu te zeggen dat Ik je zal ontlasten[2] van Mijn Kruis, dat je zo edelmoedig vroeg met Mij te delen, zou van Mijn kant complete dwaasheid zijn! de beproevingen die je voor Mij draagt zijn niet meer dan die van ieder ander … verlies de moed niet, dochter, en waag het niet te zeggen: “heeft Hij die het hart beoordeelt geen begrip?” Mijn Wijsheid kan niet worden onderzocht door de mens;

kijk! je wedloop is niet voorbij, heb je per slot van rekening niet gehoord met welke wanhoop de gevangenen in ‘Hades’[3] op jouw deur[4] kloppen? heb Ik je niet geschoold zodat je hart je zending begrijpt? Vassula! heb je hun gekreun niet gehoord? gefolterd in de nacht beuken deze zielen op jouw deur om hulp;[5] je bent zwak en je aarzelt nu… stel Mij niet teleur …

in tijd van hongersnood kwam Ik bij je om je te voeden en weer, in tijd van dood, zal Ik je redden; maak Mij dus gelukkig en sta Mij toe je te gebruiken voor Mijn Zaak; bemin Mij en laat je liefde voor Mij toenemen zodat ongedierte nooit je vlees zal bedekken; vermeerder je gebeden en offer ze op voor Mijn intenties; Ik zal Mijn Gelaat nooit voor je verbergen, nooit;[6] 

Vrucht-van-Mijn-Liefde, Bloem-van-Mijn-Doornenkroon, Bloe­sem-van-Mijn-Kerk, wees niet geïntimideerd door Mijn Nagelen; Leerlinge-van-Mijn-Raad, weet je niet dat vernedering en lasterpraat je heiligen? ben je vergeten dat Ik je heb gerekend tot een van Mijn dochters van Mijn Kerk? wat is begerenswaardiger dan verwant te zijn aan Mijn Bloed? Ikzelf heb je gekozen om Mijn woordvoerster te zijn voor vele volkeren en je de Heilige Schriften[7] te onderrichten door Mijn Kennis in je mond te druppelen zoals honing die uit de honingraat druipt; Mijn Kennis is zoet maar ook zuur;[8] zoet omdat Ik Mijn glorierijke triomf met Mijn volk aankondig, en zuur, vanwege deze pijnlijke geloofsafval in Mijn Kerk die aan Mijn overwinning voorafgaat …

ahh,[9] generatie! het uur van de duisternis ligt nu op je, nu je je hebt ingescheept in de boot van de dood, het zal je naar de dood leiden; het sein “gevaar” werd je nu bijna tien jaar[10] geleden gegeven; het heeft nu bijna tien jaar in je oor geëchood, maar je bent voor Mijn Stem gevlucht die dit al deze tijd donderde terwijl… vreemdelingen aandachtiger en ontvankelijker voor Mijn Stem zijn geweest dan jij, jullie[11] die dagelijks Mijn Naam aanroepen en Mij dagelijks opheffen; als jullie maar konden luisteren, als tenminste jullie, die sterven, Mijn reddende hulp maar zouden zien! maar een sluier van schaduw hangt voor jullie ogen … ach,[12] als jullie eens wisten hoe volslagen dood jullie zijn en hoe de rest van jullie grafdelvers zijn geworden voor jullie eigen graven … te getuigen tegen Mijn Heilige Geest en te proberen Mijn Werken te verbergen die tot Mijn Glorie zijn, zal jullie in het eeuwige vuur leiden;

Ik zeg je, dochter, Mijn smart is niet te peilen, sta Mij dus toe, dochter, Mijn Kruis met je te delen en sta Mij toe door te gaan je te bewerken tot het einde; wend je ogen naar Mij en laat Mij nooit uit je zicht; Ik beloof je dat Ik jouw zending samen met jou zal voltooien; vermijd elke neiging tot administratie, want dat is de ware reden geweest van deze gevaarlijke vertraging! maak Mijn Boodschap aan iedereen bekend en toon hun dat Ik een God ben die redt; 


[1] Puin: de geestelijk doden.

[2] Het woord “ontlasten” heeft hier een dubbele betekenis:

a) “verlichten”  b) “last” betekent ook “een orakel” in het Hebreeuws: “Massa”. De tweede betekenis van “ontlasten” hier is dan: “je nu te zeggen dat Ik zal ophouden je orakels te geven” enz. Lees Jeremia 23:33-40.

[3] Het Vagevuur.

[4] Verschillende malen, tussen 4.00 en 4.30 ’s nachts werd de deur naar mijn slaapkamer bijna neer gebeukt door het kloppen van de zielen.

[5] Door gebeden wordt hulp aan hen gegeven.

[6] Jezus zei deze woorden zeer plechtig.

[7] De Bijbel.

[8] Toespeling op Apok. 10:8-11.

[9] Dit was een diepe, bedroefde zucht van Onze Heer.

[10] Deze boodschap zal haar tiende verjaardag inluiden in november 1995.

[11] Ik begreep: de priesters … Velen weigeren te geloven in het profetische charisma dat de Kerk zou kunnen helpen, en worden in feite vervolgers van de Heilige Geest die zulke charisma’s geeft.

[12] Weer een diepe zucht.