17 septem­ber 1992 

Boodschap voor hen die voor deze boodschappen werken: 

Mijn kind, vertrouw Mij; je bent niet in staat uit jezelf je pink op te heffen; alle kracht komt van Mij; beloon Mij nu en offer Mij je wil; Ik wacht …

Mijn WIL IS VAN U

Ik, Jezus, zeg je: je geniet Mijn gunst, want je staat onder Mijn gezag; zeg tegen allen die Mijn Hart hebben uitgekozen dat Ik ze nooit in de steek zal laten; de Bruidegom zal voorzien in hun behoeften; laat ieder ware getuigen in hen zien, laat iedereen weten dat er waarheid in hen is door hun manier van deelname;

Ik zend hen uit om de wereld tegemoet te treden; ze moeten zich onthouden van kleinzielige kritiek, opdat hun tong hen niet doodt of verdeelt; niemand van hen heeft deze genade verdiend, Ik, Jezus, heb hun de genade voor niets aangeboden, dus moet niemand om geld vragen; de sterken moeten de zwakken ondersteunen, de rijken de behoeftigen; zoals Ik heb gezegd, “het is zaliger te geven dan te ontvangen” (Handelingen 20, 35); Ik zal jullie voldoende geven om je uitgaven te dekken, stel Mij dus nooit op de proef;[1]

wees verenigd in Mij en onder elkaar, geef nooit toe aan vertwijfeling in je beproevingen; doe je best en Ik zal de rest doen! moed, bid opdat je niet zult bezwijken; openbaar aan de wereld de Rijkdommen van Mijn Heilig Hart en Mijn Heerlijkheid; willen jullie getuigen zijn van de Allerhoogste? versterf je dan; willen jullie één zijn met Mij? maak je dan los van de wereld; willen jullie Liefde dienen? volg dan de in Mijn Offerbloed[2] gedrenkte Voetstappen;

onthoud nog als laatste: om te worden bevrijd van jullie menselijke neigingen en zwakheden, vraag Mijn Geest je te helpen; vraag en het zal jullie gegeven worden; Ik ben zachtmoedig en nederig van hart en Ik weet alles van jullie hart, dus vraag Mijn Geest en Mijn Geest zal jullie te hulp komen; de Geest vraagt jullie nu om dikwijls het volgende gebed te bidden: 

Jezus,
noch dood, noch leven, geen engel, geen vorst,
niets dat bestaat,
niets dat nog gaat komen,
geen enkele macht of hoogte of diepte,
noch enig geschapen ding,
zal mij ooit van U scheiden;
Ik beloof U trouw te blijven,
dit is mijn plechtige gelofte;
help mij deze gelofte trouw te blijven
voor altijd en eeuwig;  amen; 

… verder, dochter, en dors! laat jouw gedachten Mijn Gedach­ten zijn; vertrouw jezelf aan Mij toe zodat alles wat je doet in Mijn Geest gedaan zal zijn en overeenkomstig Mijn Bedoeling; sta Mijn Geest toe vrij in je te ademen en Ik zal Mijn Wil in jou volbrengen; gelukkig ben je, Mijn kind, die mediteert en Mijn Wijsheid toestaat je persoonlijke Leraar te zijn! want Zij zal je nog veel meer geheimen onthullen;

ontvang en geef, geef!


[1] Jezus bedoelt dat niemand aan iemand of iets geld schuldig moet zijn.

[2] Jezus vraagt ons hier om echte offers.