20 maart 1989 

(Frankrijk, Lourdes) 

Vassula, Ik ben het, Jezus; laat de bedrieger je niet bedriegen; alles wat Ik je heb gegeven is van Mij; 

Hij verleidt mij tot twijfel … 

waarom luister je naar hem? Ik heb je oor geoefend, niet waar? Ik heb je ogen geopend om Mij te zien, dus waarom twijfel je? aan veel dienaren van Mij is dezelfde gave gegeven als aan jou, dus waarom twijfel je? Vassula, Mijn lam, Ik ben je Goede Herder die je leidt naar groene weiden om te  rusten; Ik bescherm je in Mijn Armen, Ik voed je met Mijn Deugden, Ik laat je uitrusten in Mijn Hart; Mijn Ogen rusten altijd op je; waarom twijfel je dan aan Mijn Werk? 

Omdat ik, ikzelf, niet goed ben. 

Ik weet het, maar laat Mij je vervolmaken; zie je?[1] Ik ben Liefde; samen nu, Ik en jij, jouw hand in Mijn Hand, Ik zal je hand niet loslaten, zodat je aan Mijn Aanwezigheid denkt;

kom, wij ons? 

Ja, Heer. 

laat het Mij dan horen;  

(Later in Lourdes. We gingen de grot bezoeken waar Onze Lieve Vrouw is verschenen aan Sint Bernadette. We bezochten de Crypte, die de eerste kerk was die gebouwd werd na de verschijningen. Daarbinnen dacht ik aan een uitspraak van Onze Heilige Moeder, Ze zei:) 

“Op het einde, zullen Onze Harten triomferen”


[1] Ik voelde een warme douche van Gods liefde mij bedek­ken. Het was wonderlijk.