16 februari 1987 

Ik begon te beseffen dat ik werkelijk niet zonder God kan leven. Ik denk dat Hij mij echt aan Zich heeft gebonden. 

Ik ben Jahweh, kind; Ik ben het, roep Mij aan; Ik bemin je, en vanwege Mijn grote liefde voor jou houd Ik je vast; wees niet bang, kind; luister naar Mij; vanwege Mijn vurige liefde voor jou bind Ik je aan Mij; steun op Mij, Ik wil dat je Mij nodig hebt, Vassula; 

Houdt U zoveel van ons? 

O dochter, heb je Mijn Liefde niet gevoeld?[1] Mijn Liefde voor jou smacht naar je;

Ik voel Mij verheerlijkt als Ik voel hoezeer je aan Mij gehecht bent; Ik van Mijn kant bemin je onuitputtelijk en Ik zal nooit van je scheiden; maar Ik heb Mij er ook van verzekerd dat jij dat evenmin zult doen; Ik heb Mij van onze eenheid verzekerd, zie je? … Ik verheug Mij over Mijn overwinning;

Ik wenste dat wij voor eeuwig verenigd zouden zijn; dat jij Mij nodig zou hebben, Mij zou beminnen en voor eeuwig aan Mij gebonden zou zijn, en Ik aan jou; Mij vrij latend om je zonder beperking lief te hebben en over je te heersen;

Ik die je geschapen heb en verzorgd, Ik die je gewijd heb en Ik die als eerste Mijn ogen op je heeft laten vallen; Ik die je met Mijn Geest heb vervuld heb het gewild; want Ik, Vassula, ben je God, Jahweh, die je heeft opgevoed;

Ik heb Mij ervan vergewist dat de banden waarmee Ik je aan Mij heb gebon­den voor eeuwig zijn; je zult niet in staat zijn jezelf van Mij los te maken, want Ik ben de Allerhoogste; 

Het is beangstigend ook al bemin ik U, Heer! Uw Macht en Uw Wijsheid zijn groot! 

waarom Vassula, wat heb je te vrezen? ben Ik niet Heer van Liefde?

Ik zal voor je zorgen; Ik zal je troosten als je pijn hebt; Ik zal je met Mijn genaden overladen; Ik zal voorzien in wat je ontbreekt; Ik ben Oneindige Rijkdom; bij Mij hoef je niet bang te zijn, Ik ben Degene die de fundamenten van de aarde in stand houdt; laat Mij vrij om alles met je te doen wat Ik wil; Ik ben zo gelukkig je bij Mij te hebben, jij die zo zwak en breekbaar bent, want Ik weet dat je hart Mij met je zal laten doen wat Mij behaagt; vrees niet, want Ik ben je Hemelse Vader, en Ik bemin je boven elk menselijk begrip;

Ik ben Jahweh, en als je het nog niet eerder hebt gehoord, vertel Ik je nu dat van Mij bekend is dat Ik Trouw ben en Mijn Woord gestand doe;

kind, Ik heb je doen herleven uit de dood opdat Mijn Woord zou worden geschreven, Ik heb je opgevoed om Mijn boodschapster te zijn;

daar je Mijn boodschapster moet zijn, moet je gevormd worden; je moet leren hoe Ik voel, hoe Ik werk en hoe Mijn Liefde de harten ontvlamt; hoe anders zou je in staat zijn het aan Mijn beminde kinderen te zeggen?

kom; voel Mijn Aanwezigheid op de manier die Ik je geleerd heb; Ik bemin je, kleintje; kijk naar Mij; Ik wil dat je intiem met Mij bent;

Vassula, morgen zal Ik je een boodschap dicteren die Mijn kinderen leert hoe ze met Mij moeten omgaan; ga nu en vervul je andere plichten; ga in vrede; 

(Jezus kwam later:) 

Vassula, schrijf; je bent nu met Mij verenigd, je zult met Mij werken, je zult met Mij lijden, je zult Mij helpen, ja, Ik zal alles wat Ik heb met je delen, en jij van jouw kant zult hetzelfde doen;

verenigd zijn wil zeggen voor altijd samen zijn; want Mijn banden zijn eeuwige banden, Mijn vurige liefde bindt je voor altijd aan Mij; Mijn Liefde ontvlamt zelfs stenen harten en zet ze in lichterlaaie, verteert ze;

dochter, Ik heb overwonnen; je hoeft niet bang te zijn, Ik heb je hart gewonnen, beminde, en Ik heb ervoor gezorgd dat je voor eeuwig de Mijne zult zijn; O Vassula, hoezeer heb Ik ernaar verlangd je onder te dompelen in de diepten van Mijn Hart en alle vlammen van Mijn Liefde je geheel te laten verteren, om je in totale verrukking voor Mij, je God, achter te laten; 

Bemint U mij zozeer dat U dat gedaan hebt? 

heb Ik niet Mijn Leven voor je gegeven? Ik heb Mijn Leven gegeven uit liefde, Ik heb Mijzelf geofferd voor jouw redding, uit liefde, Ik heb Mijn Bloed vergoten voor jou, uit liefde;

nu heb Ik ervoor gezorgd dat je aan Mij gebonden bent; 

Waarom? 

waarom, ben je vergeten dat Ik Al-getrouw ben; nu Ik je aan Mij gebonden heb, zal Ik er zeker van zijn dat jij Mij ook trouw zult blijven;

nu we verenigd zijn, zullen we doorgaan samen te werken; Ik zal jouw liefde voor Mij gebruiken om veel zielen te genezen, die gebonden zijn om door de vlammen van Satan te worden verzwolgen; jij en Ik gaan deze zielen helpen; alles wat jij te doen hebt, is Mij vurig te beminnen; er zullen tijden zijn waarop Ik bij je zal komen om je Mijn Kruis toe te vertrouwen; 

Maar ik ben niets! 

Vassula, blijf niets en laat Mij alles zijn wat jou ontbreekt;

waarheen Ik ook ga, jij zult Mij volgen; je zult nooit meer alleen zijn; je bent nu met Mij verenigd;[2]

groei in de geest, Vassula; groei, want het is jouw taak alle boodschappen die Ik en Mijn Vader gegeven hebben door te geven; Wijsheid zal je onderrichten; 

Ja, Vader!

wat is het mooi je Mij Vader te horen noemen! Ik verlangde ernaar van jouw lippen dit woord “Vader” te horen;[3]


[1] Ja, natuurlijk heb ik dat gevoeld. Het is ongelooflijk.

[2] Terwijl ik schreef  vroeg ik mij af waarom Hij zegt dat ik niets moest blijven en eerder zei Hij dat ik haast moest maken me te veranderen, sterker worden enz. Hij moest mijn gedachten hebben geraden, want Hij antwoordde onmiddellijk. Volgende zin.

[3] Ik zorgde ervoor, toen ik die avond in gebed was, dat ik niet Vader zei, maar in plaats daarvan óver Hem sprak, als “God”, zorgvuldig het woord “Vader” vermijdend. Ik weet niet echt waarom, maar het kan zijn dat ik dacht dat ik wat formeler zou moeten zijn in mijn gebeden.