15 februari 1989
Mijn Vassula, raak nooit ontmoedigd, want Ik sta voor je, en met wie kun je Mij vergelijken? Ik ben het Begin en het Einde, de Eeuwige, want Ik Ben, Ik was, en zal zijn voor altijd en eeuwig; Mijn Woord zal rondom dit hele hemelgewelf bekend worden; zij die op Mijn Woord trappen, zullen vaststellen dat ze tegen een prikstok trappen;
overal in de wereld zullen nog veel meer vervolgers opstaan, zij zullen, als enorme blokken graniet, een hindernis vormen om Mijn Weg voor de hele mensheid te blokkeren; vanaf het begin heb Ik geweten dat zij harteloos zijn, vol grootspraak en verraad, een verwoestende wildernis; hun legers zullen geheel tevergeefs opstaan; met een enkele zucht van Mijn Adem zal Ik hen overweldigen en wegvagen; Ik ben de Heer, jullie Heilige, en Ik sta erom bekend koningen en koninkrijken ten val te hebben gebracht, zodat Mijn Woord bekend wordt; Ik heb, met Mijn Macht tronen doen kantelen en hen, die zich “gezag” noemen, tot schande gebracht, en zo zal het ook deze keer zijn; Ik zal hen voor aller ogen naakt uitkleden, Ik heb Mijn toorn lang genoeg bedwongen; vandaag, verzoek Ik, de Heer, hen plechtig, omlaag te komen van hun tronen en berouw te hebben!
Mijn Geest zal zich blijven uitstorten over de mensheid en niemand, met hoeveel inspanning ze ook proberen Dit te onderdrukken, zal erin slagen Dit teniet te doen; wee hen die Mijn Geest vertrappen! ontrouw en schijnheiligheid zullen met Mijn Adem worden weggevaagd; als ze eens wisten hoe Ik Mijn Gerechtigheid ervan weerhoud om op hen neer te komen, ze zouden nooit ophouden met bidden en berouw hebben; als ze eens wisten wat Ik hun aanbied en Wie het is Die tot hen allen zegt: “Verenig je! Verenig je! wees nu één, zoals de Vader en Ik Eén en Dezelfde zijn!” maar ze zouden niet luisteren, want ze hebben niet begrepen; Ik heb ze gewaarschuwd, maar ze hebben noch geluisterd noch geloofd;
Ik vertel jullie zeer plechtig dat het uur nabij is, heel erg nabij, het is nu de tijd van afrekening; niemand kan nu zeggen dat Ik niet heb gewaarschuwd voor dit Uur; zelfs de doden hebben zich bij het horen van Mijn Smeken bewogen … zelfs zij[1]…
Ik, de Heer, wek de doden onder jullie op; ja! Ik zal elk van die dode lichamen[2] opwekken, daar Mijn Smeken door hen gehoord wordt; Ik zal van die dode lichamen levende zuilen van Licht maken; Ik zal sommigen van hen als de stevige pilaren van Mijn Kerk aanstellen, en aan ieder van hen zal Ik in hun rechterhand Mijn Schriftrol geven en in hun linkerhand Mijn Lamp om hen te leiden; Ik zal hun de tong van een leerling geven en hen jullie laten onderrichten; Ik zal aan alle volkeren hun rechtschapenheid laten zien en zij zullen de Waarheid verkondigen tot aan de uiteinden van de aarde;
en Ik beloof jullie, dat zoals de aarde weer nieuw groen laat groeien, zoals een tuin zaad laat ontkiemen, zo zal Ik, de Heer, die dode lichamen weer doen leven, zo zal Ik uit Mijn Eigen Mond hun Mijn Nieuwe Naam verlenen;
kom, wees met Mij, kind, blijf in de Armen van je Vader; wij, ons?
Voor Altijd en Eeuwig, Heer.
teken Mijn Naam;
ja;
(Later:)
Heer, er zijn nu zoveel mensen die een ‘persoonlijke’ boodschap van U willen ontvangen. Sommige van hun vragen zijn erg werelds. Sommigen zien me als een ‘informatiebalie’ voor de Hemel.
Vassula, Ik heb, aan de meesten van hen, Mijn antwoorden gegeven; ze zijn te vinden in de Heilige Schrift en ook in deze Boodschap;
Heer, sta mij niettemin toe U hun naam te noemen.
voel je vrij;
(Ik deed het.)
verloofde, Ik zal geen vragen beantwoorden die Mijn Heiligheid niet waard zijn; Ik zal de nederige roepen, Ik zal de dode opwekken, Ik zal de zwakke bemoedigen, Ik zal de zondaar achterna lopen; ontelbare malen zal Ik de goddeloze roepen; dit zullen van nu af aan de privé-boodschappen zijn, zoals je ze noemt; word nooit moe te schrijven; wees verstandig zoals nu, kom Mij altijd eerst om raad vragen;
Heer, soms geeft U, ook zonder dat iemand erom vraagt, een privé-boodschap.
Ik zal kiezen en beslissen; Ik zal je leiden, en Ik zal alles wat Ik wil zeggen in je oor fluisteren;
kom, ons, wij;
[1] Gods Stem was zeer bedroefd.
[2] De nieuw bekeerden.