10 november 1988
ere zij God;[1]
ere zij God;[2]
(Dit werd gezegd na hun gebeden tot Hen.)
Mijn God?
Ik Ben; Ik heb vurig verlangd naar dit moment;
(Jezus en ik verlangden er erg naar elkaar op deze wijze te ontmoeten.)
hoor Mij, Mijn Vassula; kom en raak Mijn Heilig Hart aan, voel Zijn Wonden; Mijn Heilig Hart wordt door pijn geteisterd en onherkenbaar verwond; de zielen horen Mij niet … ze vallen met honderden in de netten van Satan …
(Later:)
Ik zal je niet in de steek laten of je verlaten, kleintje; luister en schrijf;
na de Grote Beproeving die Mijn Kerk zal ondergaan, zul je een groot Teken aan de hemel zien, en allen die Mij beminnen zullen zich verheugen en Mij prijzen; maar allen die Mijn Heilige Naam belasterden zullen zich terugtrekken in een nog diepere duisternis en terechtkomen in een totaal onbewustzijn; Mijn Teken zal een zegen zijn voor hen die Mijn Geboden hebben onderhouden, want zij hebben zich aan Mijn Woord gehouden, terwijl zij Mij eerden, en Mij verheerlijkten; zij waren en zijn de gouden pilaren van Mijn Kerk, de stevige fundering en het robuuste skelet van Haar Lichaam; zij zijn de zuiverende wierook in Haar; Ik, de Heer, zal deze zielen verheffen en voor altijd in Mijn Nieuwe Jeruzalem een plaats geven; hun Nieuwe Thuis zal hun van omhoog gegeven worden, want van omhoog zal Mijn Nieuwe Naam weer aan jullie gegeven worden en zij en Ik zullen één zijn; jullie, Mijn volk, met Mijn Nieuwe Naam, jullie zullen niet goddeloos genoemd worden, maar Ik zal jullie Mijn Naam teruggeven;
wanneer Mijn Dag komt, zal Ik alle kwaad wegnemen en opsluiten; Ik, de Heer van Liefde, zal op deze Nieuwe Aarde zaden van Liefde laten ontkiemen, Ik zal haar openen en zelfs uit de rotsen zal Ik nieuwe bronnen laten stromen; Ik zal inderdaad Mijn Tuin tot bloei brengen; omwille van jullie zal Ik Mijn heilige engelen toestaan op jullie neer te dalen en jullie te voeden; Ik zal Mijn Heiligen toestaan jullie leermeesters te worden, om jullie in Mijn Heilig Woord te onderrichten, jullie te leiden, als jullie vrienden; en Liefde zal in ieder hart regeren en Deugd zal gedragen worden als een kroon voor al Mijn mensen van Mijn Nieuwe Aarde; Ik heb jullie lang geleden deze Nieuwe Aarde beloofd en Ik houd Mijn Belofte; Ze zal spoedig vervuld worden;
niettemin zal Ik tevoren neerdalen om jullie te zuiveren; Ik zal jullie zuiveren zoals goud gezuiverd wordt in vuur, alle onzuiverheden zullen door dit Vuur verteerd worden; Ik zal al deze dingen moeten doen, om al deze onzuiverheid weg te wassen die deze aarde bedekt als een vloek;
Ik zeg jullie plechtig dat alles wat er gebeurd is en nog gebeuren zal, jullie al was aangekondigd, ieder woord staat geschreven in Mijn Schriftrol, deze Schriftrol die zal worden geopend, gelezen, en gegeten; Ik, de Heer, heb Mijn Schriftrol gezuiverd door Mijn eigen Bloed, eet Haar dus; lees Mij…
bid, schepping, dat Wijsheid op je mag neerdalen om je te voeden en je in staat te stellen de waarheden en de mysteries te ontsluieren die nog in Mijn Wijsheidsboeken verborgen liggen; bid om onderscheidingsvermogen; heb dikwijls berouw en Ik zal je altijd vergeven;
dochter, heb Mijn Vrede; Ik bemin je omdat je Mij toestaat je kleine hand te gebruiken; Ik zal Mijn Boodschap van vandaag besluiten door te zeggen: “laat hen die oren hebben, horen;” kom, Ik zegen je; wij, ons?
Voor eeuwig, Heer. Geprezen zij de Heer. Amen.
[1] Heilige Michaël.
[2] Heilige Maria.
