2 november 1988
Vassula, heb Mijn Vrede;
kom, Ik ben blij dat ondanks de omstandigheden waarin Ik je geplaatst heb, je Mij probeert te begrijpen; beminde, verlicht Mijn pijnen door Mij te beminnen; toon aan je God je kinderlijk geloof; stel Mij tevreden op die manier en vertrouw volledig op Mij;
Dat zal ik doen, Heer. Tot wie zou ik anders gaan dan tot mijn eigen Vader? Ik heb niemand behalve U.
Mijn zaad, breng Mij steeds in verrukking, wees Mijn vreugde; Ik ben je Abba; Mijn zaad, bloei, word mooi en laat je vruchten velen voeden; Ik heb Mijn plannen ontworpen, lang voordat jij geboren werd, want Ik ben Het Gezag; de mensen zijn gemakkelijk geneigd te vergeten dat Mijn Kerk altijd van bovenaf geleid zal worden en niet van beneden, ze zijn geneigd te vergeten dat alle macht van boven gegeven wordt;
dus vertel Ik je dat elke aardse overheid, elk aards koninkrijk dat Mijn Kerk binnengedrongen is, niet zal standhouden; Ik zal het verpletteren en het neerwerpen in een hoop stof; jullie wisten dit alles al eerder en toch hebben jullie niet naar Mij geluisterd en Mij niet gehoorzaamd; jullie hebben Mij buitengesloten; maar Ik zal al jullie deuren openen en zelfs jullie ramen zodat Mijn Geest vrij in Mijn Domein zal ademen; niemand zal de macht hebben om de doorgangen te versperren die Ik zal openen; Ik zal hen er nog eens aan herinneren dat Ik de Alfa en de Omega ben, Ik, de Heilige der Heiligen, de Heilige Drie-Eenheid-al-in-Eén, Het Gezag; Ik zal spoedig bij jullie zijn; Ik zal allen die Mij beminnen in Mijn Hart plaatsen; Mijn Hart zal hun Nieuwe Thuis zijn;
Ik kom van omhoog en van omhoog zal jullie Nieuwe Thuis neerdalen; dit zal Mijn Geschenk zijn en Mijn eigen Nieuwe Heilige Naam zal jullie opnieuw worden teruggegeven Mijn beminden; kom dus en prijs Mij, kom en verheerlijk Mij, kom en sluit vrede met Mij en Ik zal Mijn Huis openen voor jullie en jullie verwelkomen als de Mijnen; kom tot Mij;
[1]ja, maar Ik ben nu de Heer die je bemint, wees gezegend, Mijn kind; wij, ons?
Ja, Heer.
wij, ons?
Ja, Heilige Moeder.
[1] Juist hier herinnerde ik mij hoe Daniël, mijn engelbewaarder, in het begin contact met mij had; ook door te schrijven.