30 april 1988 

Jezus? 

Ik Ben; Ik ben de Openbaringen; Vassula, op wie Ik Mijn Woorden graveer, wees één met Mij om Mij te begrijpen;

Ik bemin je bij het dwaze af, schepping, maar jullie hebben je van Mij afgekeerd; verraad is Mijn Heiligdom binnengedrongen en heeft tot Verstrooiing geleid;

Vassula, probeer, beminde, Mij volledig te zien; 

(Later:) 

Jezus? 

Ik Ben; 

(Jezus’ Aanwezigheid is zeer levendig; het is alsof ik uit een nevel  ben gekomen en Hem beter zie en voel dan de laatste paar dagen, toen Satan op mij losbeukte. Nu is het alsof Jezus in het vlees op aarde is, of alsof ik ben teruggegaan naar de tijd dat Hij op aarde was. Alles is levendig en het is schitterend!) 

Vassula, alles wat Ik wil is Liefde; ere zij God, omdat Hij die dingen leert aan eenvoudige kinderen en ze verborgen houdt voor wijzen en verstandigen; 

(Toen Jezus dit zei was Zijn Prachtige Hoofd naar boven gericht. Jezus was erg blij dat ik dit alles niet rationalistisch benader. Hij heeft graag dat we blindelings en eenvoudig geloven, op een naïeve manier.) 

Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde; 

(Ik voelde Zijn Aanwezigheid zo erg sterk. Gods “trillingen” deden heel mijn lichaam en mijn ziel “vibreren”; het is moeilijk dit onder woorden te brengen. Tegelijkertijd omhulde Zijn Vrede mij; dit alles bij elkaar geeft mij een heerlijk gevoel. Het was alsof ik in een zee van liefde was ondergedompeld. Ik voelde mij doorzichtig. Ik voelde mij zo gelukkig dat tranen van geluk over mijn wangen stroomden.) 

twijfel nooit aan Mijn Aanwezigheid; Vassula, blijf nu dichtbij Mij, bid, Ik zal je horen; 

(Jezus bedoelde onmiddellijk, in de staat waarin Hij mij had gebracht. Ik bad.) 

Ik heb ieder woord gehoord; 

(Ik bad het ‘Onze Vader’, maar heel langzaam, met mijn hart, terwijl mijn tranen niet ophielden, vanwege de toestand van geluk waarin ik was.) 

kom, Ik en jij, jij en Ik, altijd en voor eeuwig samen; Ik, Jezus, bemin je, ziel;

wij, ons; 

(Later:) 

Vassula, Ik ben blij je dichtbij Mij te hebben; ach, Vassula, hoe dikwijls heb Ik angst om je gehad; Satan haat je en is vastbesloten Mijn Plannen te dwarsbomen; in zijn woede creëert hij al je doodsangsten; hij liegt tegen je en beschuldigt je om je tot wanhoop te brengen; dochter, Ik had je vooraf gewaarschuwd voor zijn aanvallen; gezegende, geef niet toe aan Satan; klamp je aan Mij vast; Ik help je om alle bekoringen te boven te komen; Vassula, denk er aan dat Satan je gemakkelijker benadert als je in slaap valt; wees dus waakzaam, kind, altijd waakzaam; wees op je hoede; 

Door te bidden, Heer? 

ja, door te bidden: bid, bid, bid; 

(Jezus liet mij begrijpen dat gebeden Satan op afstand houden. Gebeden die Hem bereiken.)