26 maart 1988
Mijn God,
ik kan mijn ogen niet langer losmaken
van Uw Goddelijk Gelaat
mijn ogen zijn strak op U gevestigd
in eindeloze uren van aanbidding
en mijn geest kan zich niet losmaken
van U, Beminde Vader,
elke seconde op aarde en in de hemel
is mijn geest verzonken in U, met U.
Ik leef voor U en adem voor U,
mijn vreugde bent U en mijn glimlach.
Ik geloof, ik aanbid, ik hoop
en ik bemin U oneindig.
Ik bemin je, ziel; vrede zij met je; aanbid Mij; wees gezegend, kijk Mij aan, je God, en verblijd Mij! Ik heb ernaar verlangd dat dit uur zou komen, wat heb Ik ernaar verlangd je dichtbij Mij te brengen!
Moge Uw Naam zijn geprezen, Heer!
in de diepten van Mijn Heilig Hart heb Ik een plaats voor jou bewaard, jouw thuis is Mijn Heilig Hart; kom! kom tot Mij;
(Jezus gaf mij opnieuw hetzelfde visioen dat ik had toen ik ongeveer 10 jaar oud was, en Hij zei dezelfde woorden:”kom, kom tot Mij.” Dat was de eerste oproep van Jezus aan mij.)
kom, Ik bemin je; Vassula, houd je aan Mij vast en Ik zal je leiden; je behoorde Mij toe vanaf het begin; dochter, bemin je Mij?
Tot dwaasheid toe, Heer.
Mij te beminnen verheerlijkt Mij en zuivert jou; volg Mijn voetsporen; ze zullen je leiden naar waar Ik je wil hebben;
laten we bidden,
“Heilige Geest
daal op ons neer, vernieuw ons,
vul onze ziel met Uw Liefde,
rust in onze gekwelde ziel en geef ons Vrede,
omhul ons met Uw vleugels
en bescherm ons tegen alle kwaad,
maak ons nederig, leid ons in Uw Licht
om in staat te zijn Uw verlangens te zien
en te volbrengen,
amen”