9 september 1987
Vassula, Ik wil dat deze woorden die Ik je zal geven bekend worden, Ik wil dat deze woorden overal worden verspreid, “Ik, de Heer, zegen Mijn kinderen van Garabandal”;
Vassula zegen hen, verenig hen;
Ik zal dat alles doen met Uw hulp, Heer …
(Toen, brak de hele hel los. Satan was woedend en ook zijn volgelingen. Ze hebben zelfs namen. Ik ken degenen die mij aanvallen.)
Vassula, kom; Ik zal je laten begrijpen hoezeer ze je haten; wees niet bang;
(Jezus sleepte mij ondergronds. Daar stonden we. Ik herkende de hel, want mijn voeten stonden in glibberige, klevende, zwarte modder. Een onderaardse grot. Jezus zei mij te luisteren. Aha, daar is ze weer, nog een heks! bo, let op, verwond haar; maak haar voorgoed kreupel, verwond haar, opdat wij winnen; mishandel haar, ze voelt de haat die ik haar en de rest van zijn schepping toedraag. Sabi, ga ook en verwond haar, ik haat jullie allemaal! Satan ging weer als een krankzinnige tekeer. Jezus trok mij achteruit naar buiten.)
nu je zijn haat gehoord hebt, moet je beseffen met welke vastberadenheid hij achter je aan zit om je het schrijven te beletten; Ik, Jezus, bemin je, en onder Mijn vleugels bescherm Ik je; nooit verlies Ik je ook maar een ogenblik uit Mijn oog;
(Later:)
Vassula, lees deze boeken niet, ze bevatten Wijsheid noch Waarheid; wijsheid is te vinden in de Heilige Bijbel; Ik ben blij dat je Mij gehoord hebt;
(Ik had niet veel gedaan want het grootste deel van de dag had ik gemediteerd. Toen ik besefte hoe laat het was, ging ik onze maaltijd bereiden. Zodra ik begon, onderbrak Jezus, die toekeek, mij en zei: “Vassula, heb je een ogenblik voor Mij?” Ik zei: “Ja, ik heb miljoenen ogenblikken voor U, niet slechts één”. Ik liet het werk liggen en ging schrijven. Hij zei tegen mij dat ik moest stoppen met het lezen van een boek, omdat het niet goed was. Het ging over dingen waarvan ik nog nooit had gehoord, over legenden, godsdiensten en dat alles beschreven door niet-theologen.)
(Later op de avond:)
Al deze delen van Mijn Gelaat waren geschonden;
(Ik keek naar de foto van de Heilige Lijkwade.) Alles wat ik zie, Heer?
ja, alles, ze hebben stukken uit Mijn baard gerukt, ze hebben Mijn rechteroog beschadigd;
Jezus, ik weet niet wat ik moet zeggen.
zeg tegen Mij; Ik bemin U!
IK BEMIN U.
Vassula raak niet ontmoedigd, NOOIT; Ik ben met je; samen dragen we Mijn Kruis;