Epiloog bij de eerste getypte editie van de Boodschappen
De woorden van dit boek spreken voor zichzelf. Ze hebben geen uitleg of tussenpersoon nodig. Ze zijn charmant en eenvoudig. Ze spreken tot ons van God en vertellen ons dat het woorden van God zijn.
Woorden van God: Nog een openbaring?
Er is maar één Openbaring van God, uniek en definitief, en dat is het Evangelie van Christus. Alles wat Jezus ons heeft geleerd, alles wat Hij heeft gedaan tijdens Zijn aardse leven is voor altijd gegrift in het heilige geheugen van de Kerk. Maar het leven van de Kerk is veel rijker en dieper dan wat direct zichtbaar is. Het overstijgt de zichtbare grenzen.
In die zin zijn de woorden uit het Evangelie van Johannes die Vassula zijn overkomen heel betekenisvol: “Er zijn nog vele andere dingen die Jezus gedaan heeft. Maar als ze een voor een beschreven werden, dan zou naar mijn mening zelfs de hele wereld te klein zijn voor de boeken die men dan zou moeten schrijven (Joh. 21,25).
De woorden en daden van Jezus die de evangelisten en apostelen niet in hun boeken konden zetten, blijven in het Eeuwige Evangelie staan. De heilige Johannes zelf zegt in zijn openbaring: “Toen zag ik een engel die in het zenit vloog. Hij had een Eeuwig Evangelie, te verkondigen aan de bewoners der aarde, aan alle volken en stammen en talen en rassen…..” (Openb. 14:6).
Dit “Eeuwige Evangelie” is van dezelfde Jezus die tot ons spreekt in Zijn Evangelie. Hij heeft een gesprek van hart tot hart met ieder van ons; zij die oren hebben luisteren naar Hem. Het gaat niet om een ander Evangelie of een andere Jezus, want “Jezus Christus is dezelfde gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid” (Hebr. 13:8).
De hele geschiedenis van de Kerk staat vol met verslagen van persoonlijke openbaringen, mystieke ervaringen en onuitsprekelijke boodschappen, want er zijn altijd uitverkorenen geweest, mannen en vrouwen, tot wie Christus, Zijn Heilige Moeder of de heiligen zich rechtstreeks richten. Maar het geval van Vassula is uniek.
Nadat ze op een dag wakker was geworden door deze persoonlijke openbaring, begon Vassula de woorden op te schrijven die Christus zelf tot haar had gesproken. Deze woorden zijn niet in tegenspraak met de Heilige Schrift en Traditie. Ze moeten niet gelezen worden als gewone teksten.
Ze moeten in innerlijke stilte gelezen worden. Men moet hier de stilte van de eeuwigheid ervaren. Het is de dialoog van een ziel met zijn Heer: een dialoog die zich ontwikkelt in het mysterie van het geloof. Dit mysterie is als het Licht dat de komst van ieder mens in de wereld verlicht. Hij drukt zich uit in eenvoudige woorden: liefde, vrede. vreugde. “Ik hou van je, je hoort bij Mij, je bent van Mij.” Je moet weten hoe je deze woorden, die vanuit de eeuwigheid tot ons komen, kunt begrijpen. Er moet naar geluisterd worden in het hart. Er moet naar geluisterd worden in gebed. De woorden die in dit boek worden uitgesproken moeten in ons incarneren; ze moeten in ons gestalte krijgen. Deze dialoog moet onze dialoog worden, zodat het gebed van Jezus ons gebed en het kloppen van ons hart wordt:
Geliefde Vader,
Zuiver mij door het Bloed van Uw Zoon.
Vader, reinig mij door het Lichaam van Uw Zoon.
Geliefde Vader, verdrijf de boze geest
die mij nu bekoort.
Amen.
Want deze Boodschap is een boek vol gebeden, het is een enkel ononderbroken gebed.