13 juli 1996

Kom, Heer, in de binnenste plaats van Uw thuis; 

kom naar mijn tafel, Heer,
zodat U kunt zegenen wat wij zullen delen, zij aan zij;

kom, Heer, en omhein mij, van achteren en van voren,
omhein mij in Uw Heilig Hart;

laat Uw Licht mij dan bedekken
en omhul mij ermee,
zodat er nooit enige duisternis zal zijn
in mij of om mij heen;

kom, Trouwe Bezoeker en bezoek mij, nu;
ziet U? God zal mij nu bezoeken …

Ik Ben is met je; Ik geef je Mijn Vrede;

je Bezoeker vraagt je: ken je iemand die Mijn Schoonheid en Mijn Volmaaktheid overtreft? nee, er is niemand … en evenmin is er iemand die Mijn Wijsheid, raad en begrip overtreft; jij hebt de Volmaakte Bezoeker, staande op je drempel; jij hebt, inderdaad, de Alfa en de Omega nu aan je tafel uitgenodigd, de Rechtvaardige, die niet alleen zal komen in de binnenste plaats van je thuis om aan je zijde een maaltijd met je te delen, maar die ook je lamp zal ontsteken; nu, kom, steun op Mij en verzadig Mijn dorst naar zielen, in tegenstelling tot wat je zou kunnen denken, zijn je smeekbeden niet tevergeefs;  

ach … Mijn Vassula, Ik ben ook je Herder, leg dus je hoofd op Mijn Heilig Hart en verkrijg de vreugden van Mijn Hart, zodat je meer dan ooit tevoren bereid zult zijn boete te doen voor je broeders en zusters … vrees niet, kind van Mijn Vader, Ik zal je leiden zoals Ik altijd heb gedaan;

kom, wij, ons? Ik, Jezus Christus, Zoon van God en Verlosser, zal Mijn rest heiligen door Mijn Heilige Geest;