25 februari 1995 

(Indonesië – Jakarta.) 

Mijn Heer, Uw Woord verbrandt ons hart als vuur, hoe komt het dan dat hun[1] hart niet brandt als U spreekt? 

bid voor hen, dat Ik hun een hart geef om Mij te erkennen; gezegende van Mijn Ziel, aanvaard deze pijnlijke ballingschap op aarde,[2] op zekere dag zal Ik je het resultaat laten zien, vandaag heb Ik je hier naar Indonesië gebracht, evenzeer als Ik jullie allen samen heb gebracht in één bijeenkomst;

zeg hun: denk niet dat God ongenaakbaar is, God is jullie nabij en bemint jullie … eer Zijn Naam; keer terug tot Mij en veran­der jullie leven en leef heilig, want Heilig is Mijn Naam; sta Mij toe jullie te herstellen, daarvoor heb Ik jullie totale overgave nodig; jullie enige Toevlucht is Mijn Hart; luister en begrijp: Ik heb gezegd dat alle vlees is als gras en zijn schoonheid als de wilde bloemen op de velden, maar het gras verdort en de bloemen verwelken, maar Mijn Woord blijft eeuwig … en jullie ziel zal blijven leven; laat jullie ziel in vrede met Mij zijn op de dag waarop Ik haar kom halen; zodat jullie Mijn Heerlijkheid erven;

bedrieg jezelf nu niet door te zeggen: “ziel, je hebt nu een overvloed aan dingen, neem de dingen zoals ze komen: amuseer je en wentel je in je overvloed, vanzelfsprekend is de erfenis van jou;” besef, Mijn kind, de wildernis die je van je ziel hebt gemaakt; besef, Mijn kind,[3] hoe pijnlijk het voor Mij is je dorheid te zien; Ik heb je altijd bemind met een eeuwigdurende Liefde; verminder Mijn pijn, neem Mijn pijn weg en keer terug tot Mij, je Vader, je Schepper, je Verlosser en je Leven; bid met je hart en Ik zal je horen; vergiffenis wordt je geschonken als je erom vraagt!

Indonesië, richt je stappen naar Mijn Stappen, want Mijn Dag is nabij en wanneer Ik kom zal Ik met Vuur komen, dus laat Mij je geschikt voor Mijn Koninkrijk aantreffen… vraag om Mijn zegeningen en Ik zal ze je geven; welke vader weigert het welzijn van zijn kind? dus hoeveel temeer zou Ik, die de Bron van Liefde ben, aan iedereen geven die vraagt! Ik ben jullie nabij, dochters en zonen, en Ik zegen jullie en Ik bied jullie Mijn Vrede aan; kom en erken jullie zonden, naar Mij kijkend, en Ik zal jullie kreet van berouw beantwoorden;

Vassula, Ik ben Jahweh, je beminde Vader en de Vader van allen; prijs Mij en volg Mij zonder uitstel; kom nu en bid het Onze Vader op de manier waarop Ik je eerde door het je te leren; Ik bemin je teder! 


[1] De vervolgers van deze boodschappen.

[2] Als je de Heer hebt gezien, wil je bij de Heer zijn.

[3] De Heer spreekt nu tot iedereen.