24 december 1994 

Heer, Leraar en Verlosser? 

Ik Ben;

Ik heb van Hart tot hart tot je gepredikt, Ik heb deze dingen gedaan om je te veroveren, Ik wilde dat Mijn leerlinge van Mij zou leren om zielen voor Mij te veroveren; Ik bemin jullie allen eeuwig … leerlinge, Ik wil dat je Mij trouw bent; dit is het geschenk dat je Mij kunt aanbieden tijdens de Nachtmis! – je trouw van je hart; en als je het doet, zullen Mijn Vader en Ik Onze Heiligheid in jou tonen om je te sterken in deze strijd van de Plaag;[1] als een van de volgelingen van het Beest vijandig tegenover je is, wees dan als een slinger voor hen en vernietig ze zoals in het visioen[2] dat Ik je heb gegeven …

nu, kleintje, wees één met Mij; laten we doorgaan deelgeno­ten te zijn; Ik ben de Heer, vrees dus niet; Mijn Naam: Jezus Christus, Zoon van God en Verlosser; 


[1] Apok. 15:1, 6:7, 11:6, 16:2, 13:12, 16:11.

[2] Het visioen: ik zag mijzelf, vastgehouden door de volgelingen van het Beest. Ze namen mij mijn kruisbeeld-ring af, verdwenen voor een poosje ermee en kwamen er toen mee terug. Ze gaven hem aan mij terug. Toen ik hem aannam, wist ik dat ze hem hadden ontheiligd. – Daarna vergezelden ze mij naar hun deur om te vertrekken, maar toen ik hun hal doorliep hadden ze daar het Embleem van het Beest aan de muur (precies zoals wij het kruisbeeld hebben hangen). Ik nam een snel besluit; toen ik dichtbij een soort slinger zag, greep ik die, en met heel mijn kracht trof ik hun Embleem recht in het oog (centrum), waardoor het vernietigd werd met alle slechte macht die daarin was. Terwijl ik die beslissing nam, wist ik dat dat mij het leven zou kunnen kosten. Maar ik dacht dat het de moeite waard was voorzover ik ook hun macht zou kunnen breken. – Zodra ik het had verbrijzeld werden deze volgelingen van het Beest, die mij naar hun deur vergezelden, door vrees bevangen en ze beefden. En ik begreep dat zij door het vernietigen van hun Embleem ook gebroken waren en geen macht over mij hadden.