5 november 1992
vrede, Mijn kleintje; opgericht door Mij, ga Mijn Heilig Hart binnen; je zult je onderdrukkers overwinnen, ja, stuk voor stuk zullen ze vallen;
Ik ben zwak en verre van sterk …
houd in je gedachten dat Ik Ben de Rots is en dat je sterkte van deze Rots zal komen; altaar? Ik zal voor je zorgen; je moet Mij vrij laten om je te zuiveren; smetten in je ziel maken Mij bedroefd en zijn een verschrikking voor Mij; Ik wil dat Mijn altaar smetteloos is, Ik wil dat het zuiver is; Ik wil je kleden in schitterende gewaden; zegen Mij, Ik die je raadsman ben;
Ik zegen U, Heer Jezus.
Ik moet je beroven en je arm maken, Ik houd van armoede; uit aarde voortgekomen, heb je Mij niets te zeggen?
Ik ben Uw slachtoffer
en met U en in Uw Handen
wil ik zijn,
om in staat te zijn te voelen wat U hebt gevoeld
toen U op aarde was.
Ik wil U proeven.
Ik zal je toestaan Mij te smaken als dat het is waar je naar verlangt… Ik zal je, als je het Mij toestaat, aan Mijn Wil onderwerpen; … en jij zult leren hoe groot Mijn Naam is en hoe volmaakt Degene is die je benaderd heeft …