8 januari 1991 

(Boodschap van onze Heilige Moeder voor de gebedsgroep van 19 januari 1991.) 

vrede zij met jullie, Mijn beminde kinderen;

Ik nodig jullie vandaag allen uit om voor Eenheid te bidden; om één te worden moeten jullie beminnen, om één te worden moeten jullie nederig en gehoorzaam zijn; laat niemand jullie mislei­den door andere leerstellingen; blijft trouw en jullie zullen niet struikelen; vandaag, brengen de landen geen geluk noch deugd voort, omdat jullie generatie de Heer verlaten heeft; het gevolg daarvan is de zonde; gelukkig de mens die ervoor bewaard is gebleven; als jullie generatie de weg van God zou hebben bewandeld, zouden jullie in vrede geleefd hebben;

O kinderen! Ik roep jullie; Mijn oproepen gaan uit naar alle naties; de doden[1] kunnen de Heer niet horen noch prijzen, maar jullie, jullie die aandachtig zijn ten aanzien van Mijn oproepen, prijs de Heer, ver­heerlijk de Heer door jullie liefde, door jullie geloof en door jullie hoop; de hemel behoort jou toe, Mijn kind, dus smeek Ik je, jij die een mond hebt, spreek tot de Heer en zegen  Hem; jij die ogen hebt, kijk naar Zijn Schoonheid; neem meer van je tijd om over Zijn Wonden te mediteren, de Wonden die Hem zijn toegebracht voor jouw redding; jij die oren hebt, hoor Onze smeekbeden; jij die een hart hebt, bemin de Heer, aanbid Hem en offer Hem je hart;

nee, de doden[2] kunnen niet spreken noch zien, ze kunnen niet horen noch voelen; beminden, Hij die jullie geschapen heeft buigt Zich over jullie, met Zijn Hart in Zijn Hand om Het jullie aan te bieden; zoals een bruidegom zijn bruid een ring aanbiedt als een teken van verbintenis, zo offert de Allerhoogste je Zijn Heilig Hart als een Teken van Zijn Liefde, om je te huwen; zoals een bruid getooid is met haar juwelen, de Heer, de Koning der koningen, zal jou tooien met Zijn Juwelen;[3] slaap niet, maar blijf waakzaam;

jullie zijn gekocht en betaald met Zijn Kostbaar Bloed, drijf niet weg met de eerste de beste stroming; laat Zijn Vuur jullie verteren tot een levende toorts in Zijn Kerk, laat Hem jullie boetseren tot een levende toorts in Zijn Kerk, laat Hem jullie boetseren tot een afbeelding van Hemzelf om trouw en krachtig te zijn en Hij zal jullie gebruiken om de pilaren van Zijn Nieuwe Kerk te zijn;

O kinderen! wees niet bang, want God heeft altijd grote dingen gedaan; heb vertrouwen in Hem; een gezantschap van engelen is tot jullie gezonden om de Hemelse graankorrels overal in de wereld uit te strooien en een bood­schap van Vrede en Liefde in jullie grote beproevingen te brengen; deze graankorrels zullen verwelkomd worden als regen in dorstige grond; hebben jullie niet gemerkt hoe God de Deuren van de Hemel geopend heeft om Zijn Hemels Manna te laten regenen? ja, Zijn Heilige Geest van Genade? de Almachtige heeft medelijden met jullie gehad en gezegd: “laat Mijn volk eten; laat hen het Brood uit de Hemel eten”; Zijn bevel is van boven uitgegaan; zoals in de tijd van Mozes, toen de Vader Zijn volk in de woestijn heeft gevoed met manna meer dan ze konden eten; en Jezus, Zijn Zoon, heeft Hij niet de broden en de vissen vermenigvuldigd? heeft de menigte niet gegeten zoveel als ze wilde? waarom zijn sommigen van jullie vandaag verrast dat de Heilige Geest over jullie neerdaalt met volle kracht, om jullie naties te voeden met dit Hemels Manna?

O hoe weinig kennen jullie de Heilige Drie-eenheid! jullie zullen niet bedroefd en verhongerd achtergelaten worden; nooit! jullie zullen ook niet alleen gelaten worden om uitgehongerd rond te dwalen in deze woestijn; de duisternis van jullie tijdperk zal niet eeuwig duren; jullie zonden zullen spoedig gezuiverd worden en het Beest zal spoedig worden verlamd; samen met zijn gevolg zal hij in het stof kruipen, want er zal spoedig een Licht aan de horizon verschijnen; en dit zal het Grote Teken zijn;

dus als jullie voeten nog weifelen tussen goed en kwaad, bid, dat ze jullie niet in bekoring leiden; als jullie hart nog weigert een liefdeslied voor de Heer te zingen, bid, dat de Boze jullie niet zal misleiden; als jullie ogen het vermijden naar de Hemel op te zien, op zoek naar Hemelse dingen, bid dat jullie woon­plaats in de Hemel jullie eens zal opnemen; als jullie ziel nog aan de wereld toebehoort, bid, dat de ondeugden van de wereld zich niet in jullie zullen vastzetten, want jullie zouden een Serpent binnenin jullie laten nestelen; bid met jullie hart; offer met vreugde; laat jullie werk waardevol zijn en Ik beloof jullie dat jullie lamp in de nacht niet zal uit­gaan;

wees dorstig naar God!

Ik waak over jullie allen en op ditzelfde moment buig Ik Mij over jullie om jullie allen te zegenen; 

(Later:)           

Gezegend zij onze Heer,
die voortdurend wonderen van liefde voor ons verricht.
U hoort onze smeekbeden en verzoeken
als wij Uw hulp inroepen.
Gezegend zij onze Heilige Moeder,
die mij een Kerk als verjaardagsgeschenk aanbiedt,
waar wij[4] kunnen samenkomen en bidden.
U bent onze beschermer en onze hoop. 

bloem, blijf bij Mij; nog tien dagen, dan is het jouw verjaardag, de dag waarop Ik je geroepen heb en je geplant heb, bloem; ach! kijk naar Mij, dat bevalt Mij; Mijn bezit, Mijn eigendom, hoe heb Ik, de Heer, je lief! hoe verheug Ik Mij in jou! geestelijk was je dood, maar nu heb Ik je tot leven gewekt om te leven in Mijn wereld; wees blij! kijk wat Ik je gegeven heb! kijk naar de schat die Ik je gegeven heb! je meditatie is veel waard; deze dialoog tussen ons is een schat die door velen gezocht wordt; maar Ik heb hem bij jou gebracht en aan jou aangeboden; Ik ben vanuit de Hemel helemaal naar je kamer gekomen om het je aan te bieden als een geschenk; Mijn schat wordt door velen gezocht, maar weinigen kunnen hem krijgen; Vassula, Vassula, wees in vereniging met Mij, en verlang tegelijkertijd naar Mij, want dit is de volmaakte vrucht van toewijding; wat verheugt het Mij die vrucht aan te nemen! bied Mij je tijd aan, reik Mij je hand, wees Mijn schrijftablet;

heb Ik je niet geheiligd in Mijn Heiligheid? bied Mij dan op jouw beurt jezelf aan, je wil, je energie; sta Mij toe je te gebruiken, kleintje; sta Mijn Liefde toe je te bedek­ken, Mijn duif;

heb Mij lief;


[1] Geestelijk doden.

[2] Geestelijk doden.

[3] Zijn Doornenkroon, Zijn Nagelen en Zijn Kruis. 

[4] De gebedsgroep en de maandelijkse ontmoetingen.