8 oktober 1987 

Jezus? 

Ik ben; 

Jezus, ik wil eerherstel geven voor elke belediging van onze Gezegende Moeder. Ik kan het niet verdragen beledigingen jegens Haar te horen uitspreken door Uw schepselen, vooral door geestelijken. Ik zou haar verdedigen, al zou het mij m’n hoofd kosten. 

Vassula, Ik zal je laten begrijpen hoezeer Liefde lijdt bij het horen van deze beledigingen;

Vassula, het moge bekend zijn dat Ik de Heer Mijn Moeder eer; laat hen die Haar beledigen weten dat Zij de Koningin van de Hemel is en dat Ik, de Heer, op Haar Hoofd een kroon heb geplaatst, een kroon van twaalf sterren; Zij regeert beminde en dat staat geschreven in Mijn Woord; Ik eer Mijn Moeder, en zoals Ik Haar eer, zouden jullie Haar ook moeten eren;

Ik bemin je, Mijn Moeder en Ik zegenen je; 

Heer, de pastor verwierp Haar als onze Heilige Moeder en dat wij Haar zouden moeten vereren, en toen ik hem vertelde dat U dat vanaf het Kruis hebt gezegd, zei hij dat U dat alleen voor Johannes bedoelde en dat nergens in de Bijbel staat geschreven dat Zij ook onze Moeder is en dat wij Haar kinderen zijn. 

maar Ik zeg je nogmaals dochter dat Mijn Moeder ook jullie Moeder is, jullie zijn Haar kinderen, het staat geschreven in Mijn Woord en Ik zeg het opnieuw voor hen die het niet weten, de Heilige Schrift zegt, 

Waar, Heer? 

in het boek van de Openbaring, dat toen Satan er niet in slaagde Mijn Moeder te vervolgen, hij woedend op Haar was en wegging om oorlog te voeren tegen de rest van Haar kinderen, dat zijn allen die aan de Geboden gehoorzamen en van Mij getuigen; 

Dank U, Heer Jezus dat U me helpt. 

Vassula, Ik heb je gezegd dat Ik altijd voor je ben; blijf klein zodat Ik Mijn Werken kan voltooien; Ik bemin je; 

Ik bemin U, Heer, en zegen U. 

ons, wij? 

Ja, Heer.