29 november 2017 

Mijn Vassula, Ik geef je Mijn Vrede; sta Me toe Mijn Woord tot je te spreken, toegewijde dienares, Ik, je Verlosser, heb Mijn woorden in jou gevestigd, zodat Ik Mijn Glorie in jou laat zien; een ziel, zo verachtelijk en zo ver van de Waarheid voordat Ik je speende met Mijn Woord; sta nu op en wees dapper om naar verlaten plaatsen te gaan die zijn onteerd door de Boze[1] en waarvan de mensen nog steeds in duisternis wandelen; laat Mijn Barmhartigheid aan hen zien, Mijn Trouw, laat Mijn Zoetheid zien, herstel op deze wijze Mijn Huis en breng hen tot Mij terug! troost Mijn volk; 

luister, je race begon toen Ik je vormde, /zoals een atleet wiens vastberadenheid het is om de race te winnen, moest Ik jou in de race gooien, maar Ik had je omgord met de Waarheid om je onder de wolven te gooien, herinner je het?[2] in al deze jaren die sindsdien zijn voorbij gegaan, heeft Mijn Hand jouw hand nooit losgelaten, opdat geen geest jou van Mij zou weggrissen, en als een lantaarn die schijnt wanneer hij met olie is gevuld, bleef Ik je trouw bijvullen om je vlam brandende te houden; 

wanneer je soms de moed verloor,
omhulde Majestueuze Kracht ontvlamd met Pracht
jou met de geur van Mijn Gewaad
voor de ogen van je vijanden
die op de loer liggen in het dal van vergetelheid en dood, 

terwijl je door verzengende woestijnen ging
je gehemelte droger dan perkament,
was Ik Ben naast je,
met Mijn Beker overvloedig aan je lippen; 

wanneer vrienden zich tegen jou keerden,
jou verlieten en verdriet deden,
was Tedere Liefde Aanwezig
die Zijn parfum schonk en jou troostte
met kussen op je voorhoofd
en moed gaf aan het hart van Mijn geliefde, 

zalvende olie vloeide van Mijn Handen,
op je hoofd tot aan je lippen, overal over je druipend,
je er aan herinnerend dat Ik Ben
je altijd Trouwe Metgezel
de Wachter over je hart; 

wanneer poorten voor jou gesloten werden
om je te ontmoedigen,
zal Mijn Aanschijn, schijnend op jou,
je overvloedig zegeningen schenken,
je er aan herinneren dat Mijn Huis
jouw huis is, het Huis van Jahweh, 

zo hard als ze je soms konden folteren,
je zult nooit worden verslagen,
Mijn Gouden Scepter zal zwaaien
en hen wegvegen, 

Mijn Vleugels, je geheime toevlucht,
Goedheid en Vriendelijkheid, jouw constante hoop,
Goddelijke Liefde, de voltooiing van je ziel;
voor Mijn gezalfde: Ik Ben een Reddende Vesting;
is er iemand anders die je zo’n rijkdom kan geven?
zo’n rijkdom van Genade en Deugd? 

Ik toon de rijkdommen en de pracht van Mijn Koninkrijk en de Glorie van Mijn Majesteit, Ik toon het Edele Thema van Mijn Liefde, alles is onderworpen aan Mijn Macht en Mijn Gezag; 

dus voor jou die werd toegestaan om van Mijn Zoetheid te genieten, Mijn Goedheid te proeven en die Mij toestaat in jou te rusten, wees sterk en vestig je hoop op Mij elke dag van je leven,

je Thuis is in Mij en nergens anders… 

AlphaOmega


[1] In Syrië waar de oorlog nog steeds woedde.

[2] Jaren terug, in het allereerste begin toen mijn zending op het punt stond te beginnen en ik werd uitgenodigd om naar Zwitserland te gaan om mijn eerste getuigenis te geven, zag ik Jezus naast me staan en terwijl ik naar Hem opkeek, zei Hij: ‘en nu zend Ik je naar de wolven…’ Ik begreep onmiddellijk hoe moeilijk mijn zending zou zijn en hoe wreed ik zou worden vervolgd door mensen die mij zonder barmhartigheid onrechtvaardig zouden kwellen…