20 januari 2001 

(Week van de Eenheid.) 

Heer, waarom hebt U zo velen blind gemaakt voor Uw Werken? Is dat vanwege hun hardnekkige weigering berouw te hebben en zich te verzoenen? Onderricht mij en verklaar Uw Wil … 

ach, Mijn kind … Mijn Wil is dat je werkt met liefde in het licht van Mijn Geest! Mijn Geest roept vandaag meer dan ooit om verzoening tussen Mijn herders; om te worden gered, moet iedereen berouw hebben en zich verzoenen; laat elke herder zijn pad onderzoeken; “denk aan de liefde die Mijn Vader, Ik en de Heilige Geest je overvloedig schenken, elk moment van je leven, herder…”

ach, dochter, denk niet dat Ik Mij niet bewust ben van de vereisten van de zending die Ik je heb toevertrouwd; Mijn Huis verenigen is geen gemakkelijke taak, laat staan het te doen herleven! maar vat moed want je bent niet alleen; Ik ben met je; raak niet ontmoedigd door hen die Mijn Plan in jou niet zien; Ik heb het zicht weggenomen van hen die beweren, “wij zien,” en het zicht gegeven aan hen die niet konden zien; wees een voorbeeld van eenheid voor de rest van de wereld en breng, door je opofferingen, verzoening voort tussen broeders;

Satan is vastbesloten oorlog te voeren tegen Mijn Kerk; met geweld valt hij aan wat Ik met Mijn Eigen Bloed heb gekocht; hij houdt Mijn Kerk verdeeld, en vervloekt elk trouw hart dat de Waarheid en Mijn Wet belijdt;

velen van jullie die tot de Kerk behoren, beroven haar vandaag; jullie beroven haar door te weigeren Mijn Lichaam te erkennen in de Eucharistie, en deel te nemen aan Mijn Goddelijk Mysterie op de wijze die Ik werkelijk heb ingesteld; jullie beroven Mijn Huis als het gaat om het beoordelen van de Luister van Mijn Goddelijkheid en Tegenwoordigheid in de Eucharistie; jullie beroven Mijn Huis op nog veel andere manieren; de Schrift liegt nooit en kan niet worden afgewezen, maar jullie wijzen delen ervan af, en beroven haar ook op die manier; Ik heb aan Mijn Kerk apostelen gegeven om haar te verrijken; Ik heb voor Mijn Kerk profeten opgewekt en aan haar gegeven, leraren, en daarna, wonderen, de gave van genezing en verschillende andere gaven; maar jullie plunderen Mijn Huis, jullie beroven het vandaag;

Mijn Ogen zijn te zuiver om op deze rebellie te rusten; wees dus niet verbaasd als Ik roep; wees niet verbaasd als Ik, in Mijn Oneindige Welwillendheid en Barmhartigheid, helemaal naar jullie neerdaal, schepping, om naar het raam van jullie hart te kijken; wees niet verbaasd dat Ik, ondanks jullie ontzagwekkende beklagenswaardigheid, jullie onverdiend een rijk banket aanbied, en dat Ik met koninklijke vrijgevigheid en majesteit jullie kom bekleden met Mijzelf, zodat wanneer Mijn Engelen jullie zullen binnenleiden in de eeuwige vreugden van de hemel en in Onze hoven, jullie zullen worden herkend als het vlees van Mijn Vlees, het gebeente van Mijn Gebeente; het Oordeel zal dan worden afgekondigd:

“overeenkomstig het leven dat deze ziel op aarde heeft geleid, is ze de hemelse Bruidsschat waardig, daar zij trouw is gebleven aan De Bruid;[1] deze ziel is, ondanks alle beproevingen die Ik haar heb gezonden, die haar heen en weer hebben geslingerd als een schip dat door een storm is gegrepen, aan Mij gehecht gebleven en bleef tot Mij behoren zoals een oester gehecht is aan een rots; door zo gehecht te blijven aan De Bruid[2] en aan Mij, de Bruidegom,[3] had zij deel aan Mijn Godheid; haar vereniging met Mijn Geest kristalliseerde haar en vormde haar om, om als God[4] te zijn;  en zoals de zon, werd zij door haar  stralen verlicht, omdat zij Mij bezat in zichzelf; de heerlijkheid van Mijn vergoddelijkte zonen en dochters hier in de hemel is nu ook de hare; dit is de bruidsschat die zij zal ontvangen van de Bruidegom Zelf; Hij is de Bruidsschat… kom, kom en heb deel aan de vreugden van de hemel en van God Zelf voor altijd en eeuwig!”

o, als je wist, generatie, hoe dikwijls Ik Mijn Koninklijke scepter heb overgegeven … hoezeer Ik verlang tot iedere ziel te zeggen:

“beminde, kom, stap op het pad van je blijvende Thuis, de enige ware woonplaats en de enige Ware Rustplaats voor je ziel; kom en ga het bruidsvertrek van Mijn Hart binnen; Ik nodig je uit de weg van de deugden te volgen die naar Mij leidt; als een tedere Bruidegom, zal Ik je ziel tooien met Mijn Schatten, maar als eerste, zal Ik je ziel tooien met Mijn Godheid; Ik zal je tooien als een koningin,[5] majesteitelijk met Mijn Naam en met Mijn werkelijke Tegenwoordigheid; Ik zal je ziel veranderen in een levend altaar, in een permanente hymne gezongen voor Mij, je God; Ik, de grote Koning, Degene die de natuur te boven gaat, zal Mij vermengen met jouw ziel zodat jij en Ik één worden;

“uit jezelf kun je niets doen, daarom is het, dat Mijn Tegenwoordigheid, die zuiver Licht is, onontbeerlijk is om door genade je hele lichaam te verlichten; en zoals Ik Mijzelf openbaar aan Mijn engelen zal Ik Mijzelf aan jou openbaren, door dit licht, en alleen dan, zul jij in staat zijn te zeggen: 

‘Ik kan zien…’ 

dan zal Ik Mijzelf aan je bekendmaken; Ik zal met je converseren en jij met Mij; de Drie-ene God door natuur zal Zich helemaal vooroverbuigen om te converseren met degene die Ik heb herschapen en die door genade een god werd, uit Mij geboren; een aangenomen erfgenaam van Mijn Koninkrijk; jij die zo zwak bent en zo verdorven, als je echt berouw hebt, als je kijkt naar je zo betreurenswaardige ziel, kan Ik je gelijkvormig maken aan Mijn Perfecte Beeld;”

Mijn werk en Mijn plan dat de schittering is van jullie zo slechte tijden, is om alle zielen in Mijn Heilig Hart te trekken; dan zal heel Mijn Heerlijkheid aan hen worden geopenbaard in dit Hart en zal heel de mensheid Het samen zien; ja, inderdaad, het is Mijn bedoeling jullie allen in het kielzog van Mijn Heerlijkheid te trekken; vanaf dan zal Ik jullie erfdeel zijn, jullie verrukking, jullie Bruidegom gekleed in Mijn Heerlijkheid; en zoals een bruidegom die zich verheugt in zijn bruid, zal Ik in onze omhelzing in je oor fluisteren:

“en kom nu en zegen je Heer van alle dingen, de Maker van grote daden is overal; kom dicht bij Mij, want Ik ben je beschermer en je steun; Mijn beminde bruid, die erin toestemde Mij te horen, moge jij je verheugen in Mij, je Heer; moge Ik in je hart blijven als gemengde wierook, en mogen Mijn Woorden zo zoet als honing smaken[6] in je mond, als je ze eet; laten ze als muziek zijn in je oren, Mijn beminde;”

Ik zal je dan de schatten onthullen die Ik had bewaard voor jouw generatie: Ik zal je de schat van Mijn Barmhartigheid aanbieden, en je leren dat in Mijn Barmhartigheid, woorden zijn geuit die uit Mijn Mond  komen;  door Mijn Woorden doe Ik de geestelijk doden opstaan, hervorm Ik de afvallige, genees Ik de zieken en bevrijd Ik de gevangenen, Mijn Mond is als een scherp zwaard;

Ik vorm door Mijn Barmhartigheid met Mijn Woord, profeten die degenen zullen plagen die in duisternis leven, maar zij zullen Mijn volk troosten; door Mijn Barmhartigheid open Ik de ogen van de blinden, en degenen die neerliggen in lagen stof zal Ik optillen om het Licht te aanschouwen; en allen die vertrouwden op hun eigen kracht zal Ik, door Mijn  Barmhartigheid, Mijn Heerlijkheid en Mijn Majesteit onthullen zodat hun harten zich tot Mij keren, hun God;

in deze dagen van genade, is Mijn Barmhartigheid een van de grootste schatten die Mijn Hart voor jullie tijden heeft bewaard; niet dat Ik ooit ben opgehouden jullie te overladen met Mijn Barmhartigheid, maar in jullie tijden, die zo slecht zijn, toon Ik meer medelijden met degenen die neerliggen in het stof, met hun lichamen vermorzeld tegen de grond door zonde dan ooit tevoren; in de woestijn van jullie hart heb Ik hemelse zaden geplant, zodat iedereen de grootheid van Mijn Barmhartigheid kan zien en kennen;

dan, heb Ik ook niet gezegd, dat in de laatste dagen Mijn Geest over de gehele mensheid zal worden uitgestort, ongeacht hoe armzalig jullie zouden zijn? zo is de rijkdom van Mijn genade … vandaag verhef Ik jullie door genade; in Mijn Barmhartigheid, stort Ik Mijn genade over jullie uit zodat Ik jullie laat begrijpen wie Degene is die vrijheid brengt, en wie de Gever is van het Leven, zodat jullie kunnen zien welke rijke heerlijkheden op jullie wachten;

jullie tijdperk heeft meer doden dan levenden, door zijn zonden, door zijn goddeloosheid, en door zijn onverschilligheid tegenover Mij; sinds de wereld werd geschapen ben Ik nooit opgehouden Mijn altijddurende macht en godheid te openbaren, Ik ben bekend door alles wat tot zijn kwam uit het niet-zijn; maar dan, zelfs in jullie aardse materie, kan Ik leven in jullie, Ik kan deze aardse materie tot leven brengen, het is door genade dat jullie zijn opgewekt; dus, moet Ik dan Mijn schepselen voor altijd zien rebelleren, en koers zetten naar de dood? zou Ik niet met Barmhartigheid handelen?

met Mij zijn grote rijkdommen, blijvende overvloed, die diegenen verrijken die Mij naderen met een berouwvol hart; in onze bruiloften zal Ik jullie de schatten aanbieden van het weten hoe je Mij kunt bezitten; de schat van de Kennis van de Drie-ene God en van het Hem Begrijpen; heb je niet gehoord dat een huis alleen wordt gebouwd door de Heilige Wijsheid en dat het door te begrijpen sterk is gemaakt? dat door kennis zijn voorraadschuren gevuld zijn met rijkdommen van elke soort, zeldzame schatten van goddelijke waarde en zo begerenswaardig voor de wijzen van alle tijden?

met andere woorden: door Mij te kennen, zijn je ziel en je verstand vervuld van Mijn transcendente licht en Mijn Glorie; je ziel is gevuld met Mijn Godheid, met Mijzelf; dan en alleen dan zal je hart zich richten op gehoorzaamheid en zullen je oren zich richten naar instructie, de waarheid verwerven en haar innig koesteren; zelfs ook jullie natuur zal worden omgevormd, Mijn beminden, tot Mijn Godheid; al jullie intenties zullen worden bewogen door Mijn Heilige Geest die onvermoeibaar de onzuiverheden bezig was te verwijderen uit jullie binnenste om jullie geest te begiftigen met Mijn Geest en door Mijn Geest met de Vorstelijke Overvloed die is Mijn Soevereiniteit;

je zult vragen: “en wat betekent het God te begrijpen?”  Mij begrijpen is het eerste principe van de Wijsheid; het betekent Mij erkennen als jullie God en Mij te vrezen; Mij vrezen betekent het vermijden van alle kwaad;

het betekent ook Mij te hebben  gezien met je geestelijke ogen terwijl je nog op aarde bent; het is wezenlijk voor ieder van jullie Mij te hebben geproefd terwijl je op aarde bent; het is belangrijk voor iedere ziel te zoeken naar dit visioen[7] en als je ziel niet in staat is geweest Mijn hoogte te bereiken,[8] worstel en volhard dan om je geest te verheffen door contemplatie; hoe anders zou jij je God kennen? hoe zou je, als je Mij niet hebt gezien, een van Mijn zonen en dochters zijn, getooid in Mijn driewerf Heilige Licht?

Ik ben niet ontoegankelijk noch onbereikbaar aangezien Ik Mij vermeng met jouw ziel; Ik verenig Mijzelf met jou en wij worden één; dan, eenmaal verenigd, maak Ik, om je te herinneren aan je erfenis, Mijzelf aan je kenbaar; in majesteit en luister leid Ik je ziel in Mijn diepten om Mijzelf te openbaren met koninklijke vrijgevigheid; je hebt gelezen dat de diepten van God alleen gekend kunnen worden door de Geest om geestelijke dingen te begrijpen; de Schrift zegt:

“een ongeestelijk persoon is iemand die niets aanvaardt van de Geest van God: hij ziet het allemaal als nonsens; het gaat zijn begrip te boven want het kan alleen worden begrepen door middel van de Geest;”

een geestelijk mens is, daarentegen, in staat de waarde van alles te beoordelen, en zelf valt hij buiten ieders beoordeling, zoals de Schrift zegt: “wie kent de gedachten van de Heer, dus wie kan Hem raad geven?”[9]

de schat van het Mij kennen en begrijpen is steeds de hemel op aarde; het betekent op aarde te heersen met vriendelijkheid, gerechtigheid en rechtschapenheid; eenmaal deze schat door genade te hebben ontvangen door de Heilige Geest zul je Mijn Wil in jou kennen; Wij hebben eens gezegd:[10] “wie roemen wil, moet hierop roemen: op begrip en kennis van Mij …” deze schat gaat de prijs van parels te boven; ach, dan komt de schat van intimiteit, intimiteit met Mij, je God; de uitbarstingen van vlammen die uit je hart komen vanuit ontvlamde liefde, zullen de eerste tekenen zijn van je intimiteit met Mij, de verlengde perioden van dorst naar Mij, Mij onafgebroken zoekend, zullen de dageraad zijn van je toegang tot die intieme vereniging die Ik zozeer verlang van elke ziel, zodat ze kunnen komen om Mijn Zoetheid te smaken en, met heel je ziel, zul je binnengaan in de vreugden van de hemel en je zult de melodieën van Mijn engelen in de hemel zingen ter ere van Mijn Barmhartigheid die Ik voor je had;

dan, zoals David eens tot Mij uitriep, ontvlamd door zijn liefde, zal ook jij tot Mij zijn eigen woorden uitroepen:

“God, U bent mijn God, ik hunker naar U; mijn hart dorst naar U, mijn lichaam verlangt naar U … ik voel mij van binnen een droog land, uitgeput en zonder water zonder U; ik verlang mijn blik op U te laten rusten; op mijn bed denk ik aan U, ik mediteer de hele nacht over U; mijn ziel klampt zich stevig aan U vast …[11] hoewel ik jong[12] ben, hebt U aan mij meer begrip gegeven dan aan de ouderen,[13] omdat ik Uw goddelijke instructies onderhoud; o, hoe heerlijk is het een vriend van U te zijn mijn zoete God; Uw tegenwoordigheid, zo intiem verstrengeld met mijn ziel, maakt mij blij en is zoeter dan honing; Uw geur parfumeert heel het universum en maakt mijn ziel dronken terwijl hij mijn hele wezen versterkt;”

bij je ontwaken zul je ontdekken dat Ik je Beminde ben, je Hemel, je Eden, en dat je in Mij kunt leven; je zult in Mijn Licht ontdekken, dat Ik in je hart de luister van Mijn Werken heb gelegd, en je zult Mijn Heilige Naam prijzen; je zult ontdekken dat Mijn Blik op jou als een magneet is, en Ik zal Mij verheugen door naar je te kijken, want Ik zal kijken naar Mijn Eigen weerspiegeling, Ik zal naar Mijzelf in jou kijken… wees dus niet verbaasd wanneer Ik tot je zal komen om je te zeggen:

“Ik ben nu Gouverneur in jou en Ik heb geen ander verlangen dan Mijzelf te zien in jou; Mijn Tegenwoordigheid in jou ontsteekt een verlangen en dorst naar Mij als een vlam; elke zucht van verlangen zal door Mij worden ingeademd als een geurig boeket rozen, Mij kalmerend vanwege de beledigingen Ons[14] door de mensen aangedaan;”

Ik ben Volmaakt en Ik wil dat jij ook volmaakt bent; heb je niet gelezen: “zoals de gouverneur is, zo zullen ook de inwoners van zijn  stad zijn …”[15]

dan zal Ik, op Mijn beurt, de hemelse gastheren aan je openbaren en godsvrucht en rechtschapenheid voor je zingen in poëzie; Ik zal alle heiligen in de hemel verzamelen, Ik zal alle hemelenkoren verzamelen om aan hen Mijn majesteit en Mijn soevereiniteit in jou te openbaren hoe Ik van jou een koninklijk diadeem heb gemaakt voor Mijn Hoofd, een koninklijk wonder van jullie tijden; al je sieraden zullen goddelijk zijn als ze door Mij worden aangeboden; jouw vroegere slavernij zal vrijheid worden in Mij;

vandaag zie Ik vanuit de hemel neer om de reine harten te tellen: – wat moet Ik zeggen? was Mijn Offer tevergeefs? Mijn Geest is gebroken… Ik heb Mijzelf geofferd voor jullie om jullie te bevrijden van alle slechtheid en een volk te zuiveren zodat het Mijn Eigen volk zou kunnen zijn, dat geen ander ideaal zou hebben dan om goed te doen;

Ik heb alles gedaan zodat jullie gerechtvaardigd zouden kunnen worden door genade, en erfgenamen worden van Mijn Koninkrijk; Ik heb jullie allen intensief en met groot medelijden Mijn Wet geleerd en jullie vernieuwd met de Heilige Geest van Genade, zelfs door Mij steeds weer te herhalen; Ik onderricht nu, door jullie instructies te geven op de manier van de Heilige Wijsheid; het is geen nieuwe leer maar dezelfde van de Bruid[16] waarop jullie kunnen vertrouwen;

jullie behoren allen tot Mijn Huis; aangezien Ik Mijn Huis heb gekocht met Mijn Eigen Bloed en Ik elke druppel van Mijn Bloed heb vergoten voor iedereen … jullie zijn Mijn Huis …[17]

je hebt in het begin[18] gevraagd, dochter, dat Ik Mijn Wil verkondig; Ik herhaal voor jullie allen dat het Mijn Wil is dat jullie werken met liefde in het Licht van Mijn Geest opdat jullie allen één mogen zijn; ic; 

(Bovenstaande boodschap werd niet op één dag gegeven; de dag waarop ze begon was de 20e januari en ze ging verschillende weken door en ook de volgende maanden vanwege mijn intensieve reizen.)


[1] De Kerk: ook Bruid van Christus.

[2] De Kerk.

[3] Jezus Christus. 

[4] God door deelname.

[5] Als Christus spreekt over zielen, verwijst Hij naar de ziel in het vrouwelijk; de term die Christus gebruikte als “koningin” komt tot dezelfde verklaring.

[6] In figuurlijke zin, men kan Gods Woorden “eten”.

[7] Het visioen van God.

[8] De Heer bedoelt “Hemzelf”.

[9] 1 Kor. 2:14-16.

[10] Jer. 9:23.

[11] Psalm 63, uittreksels.

[12] Herboren door de Geest.

[13] De geleerden.

[14] De Heilige Drie-eenheid.

[15] Sirach 10:2.

[16] De Kerk.

[17] Hebr. 3:6.

[18] Van deze boodschap.