20 januari 1999

(De Heer gaf mij een visioen: ik zag enkele jonge jongens, tussen de acht en tien jaar, op een zeer gevaarlijke en dwaze manier spelen. Ze liepen op de hoek van een richel die langs een groot gebouw van ongeveer zeven verdiepingen liep.

Sommige jongens verborgen zich achter een waterpijp alsof ze verstoppertje speelden en deze spelletjes werden gespeeld buiten het gebouw, op een hoogte van vele meters. Een andere jongen sprong zelfs uit zijn raam en bereikte ternauwernood het raam van het daarnaast gelegen gebouw. Ik sloot mijn ogen omdat ik de gedachte niet verdroeg één van hen te zien misstappen, uitglijden en vallen. Gezien de hoogte zou de val dodelijk zijn. Ik had angst om hen en ik kon niet begrijpen waarom zij hun leven zo riskeerden door zo gevaarlijk te spelen, en toen begreep ik waarom zij niet bang waren; het was omdat zij het gevaar niet zagen, niet begrepen en niet beseften.) 

Vassula, Ik geef je Mijn vrede in deze week van eenheid; Ik, God, heb je geroepen tot een leven van vrede; dus wat heb je gezien, dochter? wat heb je opgemerkt? heb je Mij deze woorden al eerder horen zeggen: “wees niet bevreesd voor hen die het lichaam doden maar de ziel niet kunnen doden; maar vrees eerder hem die beide, lichaam en ziel, teniet kan doen in de hel;” laat Mij je dit visioen verklaren: de jongens die je hebt gezien, zijn enkelen van hen die dicht bij je zijn, en die eens door de Geest bewogen waren om Mijn Boodschappen te volgen en die ook hun hulp hadden aangeboden; vandaag zift Satan hen en heeft hen ertoe verleid zonder dat zij het beseffen, gevaarlijke spelletjes te spelen; als zij vallen zou hun ziel fataal gewond zijn; maar als zij luisteren naar Mijn Geest zullen zij een einde maken aan hun misdaden en zij zullen leven;

wel? wat was de voornaamste wet die Ik jullie in de Schrift heb gegeven? was het niet: “je moet je naaste beminnen als jezelf?” tot op vandaag denken al diegenen[1] die je hebt gezien in het visioen dat Ik je heb gegeven, dat zij rechtschapen zijn, maar als ze dat zijn, laten ze het dan tonen door hun goede wil met nederigheid en vriendelijkheid in hun daden en door hun liefde voor elkaar; sommigen van hen hadden geen respect getoond voor hen die arm zijn en geen respect voor degene die Ik heb uitgekozen om Mijn Woorden[2] over te brengen en Mijn Belangen te behartigen; en ja! zoals in het visioen, als je ze zou waarschuwen zouden ze niet luisteren … en in de tussentijd, zoals jij, in het visioen, beef ook Ik, van angst, want hun val zou fataal kunnen zijn!

Mijn kinderen, die geroepen waren en door de Geest bewogen bezwijken nu voor verleidingen, en toch, als zij Mijn Heilige Geest zouden toestaan hun gids te zijn, zouden zij niet in gevaar zijn; hiervoor moeten zij tot Mij komen en berouw hebben; zij zouden Mijn goedheid en Mijn tolerantie niet moeten misbruiken, maar deze in plaats daarvan moeten aanvaarden om hen tot berouw te leiden en zij zullen worden vergeven en zij zullen Mijn Hart niet verliezen;

Ik beloof dat wie dan ook besluit het goede te doen en Mij eer geeft en vrede zal sluiten met Mij en zijn naaste, vrede zal verkrijgen en zal gaan beseffen dat zij in hun zwakheid en in hun slaap op een dwaalspoor waren gebracht; Ik wil geen moeilijkheden meer van wie dan ook; en ook zou niemand zichzelf moeten misleiden door te denken dat hij rechtschapen is, Ik herhaal Mijn waarschuwing, misleid  jezelf niet door te denken dat jullie rechtschapen zijn; wanneer iemand voor Mij werkt of heeft besloten voor Mij te werken zouden zij Mij moeten volgen in Mijn Voetstappen en Mijn Kruis dragen van ganser harte met eer en vreugde; als dit gedaan wordt met welwillendheid, zullen zij royaal worden beloond voor alle werk dat goed gedaan werd in Mijn Naam;

niemand is iemands meester;[3] Ik ben de enige Meester; Ik verzoek hen dringend berouw te hebben en tot Mij terug te keren en Mij hun goede wil te bewijzen;

raadpleeg Mij op elk moment, Vassula, en Ik zal je antwoorden; Ik zegen je, houd je vast aan de Hoop;[4]

moed, dochter; ic; 

(Deze boodschap was aan twee stichtingen van Waar Leven in God gegeven. Ik wist persoonlijk niet dat er onenigheden en ruzies waren. Ik wist na het visioen welke stichtingen het betrof en onze Heer deed mij begrijpen wie het waren.

Er was er speciaal één die de baas speelde over iedereen; Jezus was niet blij; ook niet over de anderen. Zij riskeerden een fatale val en daarom kwam God vanuit Zijn grenzeloze Liefde tussenbeide.) 

(Later:) 

Mijn Vassula: vertel Mij, is er in de wereld of om je heen iets dat jouw ziel voortreffelijker en liefdevoller vreugden kan geven dan met Mij te zijn, alleen met Mij, alleen? wat geeft Mijn Tegenwoordigheid jou? 

(Terwijl ik naar woorden zocht om mijzelf uit te drukken, voelde ik de Heilige Geest over mij komen …)

een voorsmaak van Gelukzalige aanschouwing;

een contemplatie van Uw Luister;

een inwonende vreugde, die aan de heiligen met verdiensten, wordt gegeven; ik heb er geen;

een intellectueel bewustzijn dat in Uw transcendente licht, U, de Godheid, die alle dingen vult zonder te worden omvat door hun grenzen, in mij kunt wonen …

ik vind in Uw Tegenwoordigheid vreugde, licht, zuchten van verlangen, het verlangen om nog meer door te dringen in contemplatie, opdat ik mag zien wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord … 

dochter, houd je aan Mij vast en samen, Mijn Arm om jouw arm, net als een bruid die naar het altaar wordt geleid door haar vader of een familielid om haar bruidegom te ontmoeten, zal Ik je Mijn Koninkrijk binnenleiden om met Mij[5] te regeren, omringd door een menigte opgetogen engelen zul je met een grenzeloze vreugde de eeuwige heerlijkheid worden binnengeleid; en heel de hemel zal nogmaals van vreugde uitroepen en zingen: 

“God is aan het werk geweest! roep het luid, jij aarde beneden! roep het uit van vreugde, jullie bergen; met koninklijke vrijgevigheid heeft de Koning der koningen Zijn behagen gevonden in Zijn uitverkorene; en laten wij nu de Heer prijzen die haar heeft geschapen; verhef de Heer in jullie lofprijzingen;” 

ja! Ik heb je toegestaan Mijn Stem te horen; Ik heb je toegestaan Mij van aangezicht tot aangezicht te zien; en waarom? waarom heb Ik je begunstigd? 

Om onze generatie door Uw boodschap te redden? 

om Mijn Oneindige Barmhartigheid te tonen aan jullie allen, en door wat Ik jou toevertrouwd heb te dragen, zou Ik poëzie uit je mond laten klinken bij elke stap die je zou zetten en deze generatie redden …

wierook en kalmerende geur van Mijn Hart, je bent niet alleen, Ik, je Heer en Redder, ben met je; versiering van Mijn Kerk, sla je ogen op tot Mij[6] en wees gezegend, 

Mijn Beminde heeft heel Zijn Hart in een lied gelegd
uit liefde voor Zijn schepping;
Hij plaatste harpen om te echoën door
de wereld om een Waar Leven in Hem te leiden;
overlopend van Goddelijke Barmhartigheid als krachtige stromen
voorziet Hij in elke nood;
Uw Naam, O Heilige, Allerzuiverste,
bereikte zelfs de verst verwijderde mensen,
ja! U hebt hele naties in vuur en vlam gezet
door Uw goddelijke zoetheid,
en weerhoudt de mensen ervan te zondigen,
en brengt tot zwijgen het gefoeter van hen die zich tegen U verzetten; 

heb Ik ooit een ziel Mijn Liefde en Barmhartigheid onthouden? 

Nooit  

wanneer Ik in een stad woon, kan die stad[7] dan vallen? heb je niet gelezen: “er is een Rivier[8] waarvan de stromen de stad van God verfrissen, en hij heiligt de woonplaats van de Allerhoogste;” Ik ben God; 

O Lente van onze ziel
hoe kan ik uitdrukken de wijze waarop
U ons hebt bereikt in onze ellende?
Hier bent U, en U biedt ons Uw Liefde en Barmhartigheid aan;
als gouden pilaren op een zilveren basis verstevigt U onze benen; 

U veranderde onze gezichten van gedaante met één blik van Uw Ogen,
en doet ze lijken op de Lamp die schijnt op de heilige Lampenstandaard; 

ja, inderdaad, alleen de Rivier van Leven
wier stromen de stad van God verfrissen,
heiligt haar voor Hem; 

de Schrift zegt,
in feite zijn het Uw Eigen Woorden, Minnaar van de mensheid,
dat als iemand U bemint, hij Uw Woord zal onderhouden
en dat Uw Vader hem zal beminnen,
en dat U beiden tot hem zult komen
en verblijf bij hem[9] zult nemen. 

Ik ben een Bron van onuitsprekelijke verrukkingen en door Mijn Oneindige Barmhartigheid verlang Ik je ziel te veranderen in een Eden, geschikt voor Onze Drie-Ene Heiligheid; Ik verlang elke ziel tot Mij terug te leiden zodat zij toegang zouden hebben tot hun Rustplaats; dus Mijn Vassula, wees vastbesloten Mijn onderrichtingen te beveiligen omwille van Mijn zaak; zie je? de grond heeft haar oogst opgebracht, bergen en valleien buigen neer[10] bij Mijn voorbijgaan; door deze openbaring is Mijn Stem gehoord; maak je geen zorgen over de hooghartigen; onthoud, Mijn beminde, dat Ik de macht heb koningen en koninkrijken omver te werpen als zij een obstakel voor Mij worden;

“toppunten van hoogmoed, hebben jullie het recht neer te kijken op een berg[11] waarop God verkozen heeft te wonen, waar Jahweh voor altijd[12] zal wonen?” 

Mijn Heilige Geest heeft woorden in je oor gesproken zoeter dan honing, zelfs zoeter dan honing die uit de honingraat druipt, die jou en anderen uit de dood doet opstaan, zie je? redding komt van Mij;

wees, Mijn beminde, een voorbeeld voor de anderen en bemin Mijn Geest want Hij zal je op zekere dag het loon voor je werken geven en … wees niet bevreesd voor hen die geloven dat ze de macht hebben om alles te onderwerpen, want Ik ben met je en aan je zijde;

Mijn Vassula, weer vraag Ik je als een lelie te zijn in Mijn Tuin[13] om Mij te parfumeren; doorgeur Mij, Mijn gekozene, Ik zucht om je liefde, om je overgave, om je kalmte;

O jij, aan jou alleen heb Ik deze schat toevertrouwd die uit Mijn Hart[14] komt! blijf nu in Mijn omhelzing, en parfumeer Mij in je nietigheid en Ik, op Mijn beurt, zal jou parfumeren om Mijn hemel te zijn!

houd je aan Mij vast en aan wat Ik je gratis heb gegeven; word het schrijven nooit moe; 

Ik ben met je; ic;


[1] De Heer maakte hun namen aan mij bekend.

[2] Waar Leven in God.

[3] Met andere woorden, Jezus bedoelt dat er niemand in een groep die voor God werkt, een dictator zou moeten zijn, anderen commanderend en alles “ziftend”.

[4] Het betekent: “Klamp je vast aan Mij”.

[5] 2 Tim. 2:12.

[6] Toen ik het deed, zag ik Hem die mijn hart bemint, glimlachend, mij nogmaals de kuiltjes in Zijn wangen tonend …

[7] God bedoelt ziel.

[8] Heilige Geest.

[9] Joh. 14:23.

[10] Symbolisch: betekent dat grote mensen van macht, alsook niet-belangrijke mensen in nederigheid buigen, Gods tussenkomst accepteren.

[11] God bedoelt dat niemand het recht heeft te kritiseren degene die door God gekozen is, en in wie Hij Zijn verblijf verkoos te nemen.

[12] Ps. 68:16.

[13] Onze Heer bedoelt Zijn Hart.

[14] Ik hoorde onze Heer deze woorden luid zeggen en met hartstocht; zij kwamen eruit als een zucht.