Februari – April 2003

(De Heilige Geest spreekt:)

vrede zij met je; zie, de Bruidegom buigt Zich naar je over om Zijn Ode ook voor jou te zingen en woorden van Leven over te brengen; Ik ben de Geest van Waarheid die voortkomt uit de Vader en gezonden is door de Zoon, Jezus Christus; Wij zijn één Substantie en één Macht en één Kennis en aangezien Wij slechts één enkele God zijn converseren Wij en geven Wij kennis op dezelfde manier en in dezelfde termen; deze immense kennis wordt jullie overgebracht vervuld van liefde; 

wat is Eeuwig Leven? Eeuwig Leven is Ons te kennen in Onze Drie-ene Glorie; daarom, als je weifelt, niet wetend wat Ik bedoel, bied Ik je Mijn Hand aan, en zodra je Hem aanneemt, zal Ik je door Genade Leven in Ons aanbieden; ontvang Mijn kostbare hulp want die zal je voorbereiden om Mij te huwen en om altijd in Mijn Goddelijke Aanwezigheid te zijn; Ik zal dan de onuitsprekelijke Parousia in je hart zijn want Ik ben de innerlijke kracht in jou;

Ik zei dat Ik je Leven door Genade zal geven; wat is Genade? het is als een schitterend licht dat je laat zien hoe je moet deelnemen aan het Goddelijk Leven; Onze Drie-ene Heiligheid en Barmhartigheid parfumeren de hele kosmos; Mijn zoetste Ode zal voor jou worden gezongen om je geest te verheffen en om hem te sieren met een bruiloftskleed; dit is Ons genadevolle doel: dat je jezelf en je wil aan Ons geeft en dat Wij Onszelf aan jou geven om je in staat te stellen Ons te kennen en Ons te beminnen zoals Wij Onszelf beminnen; dan en alleen dan zal je geest draaien rond de hemelse realiteit en engelachtige deugden …

Ik daal neer in deze majesteitelijke stijl, Vassula, op de manier waarop jij Mij hebt gezien, met soevereiniteit en vol genade[1], met koninklijke pracht en onuitsprekelijke schoonheid om Mijzelf met jou te verenigen;

Ik zag iemand als de Mensenzoon;
een ontzagwekkende figuur, zo volmaakt in gratie
dat alleen God die gratie kan bezitten;

Zijn zo volmaakt mooie beweging
terwijl Hij enkele treden van een Paleis  afdaalde, liet mij in ontzag achter;
ik wist dat het alleen een Paleis kon zijn
vanwege de schoonheid en de oogverblindende oppervlakte;

dit glorieus goddelijke Wezen was gekleed in wat leek,
een zwaar gewaad dat tot over Zijn Voeten hing;
zoals ik eens eerder de Vader had gezien,
was het gewaad van dit goddelijk Wezen
waarvan ik wist dat het de Heilige Geest was,
bijna hetzelfde gewaad als dat van de Vader,
want het gewaad glansde alsof het was bedekt met kostbare stenen;
het gewaad van de Vader echter was van een niet geïdentificeerde kleur,
maar dit gewaad was als diamanten waarop een schijnwerper scheen;
een deel van Zijn zeer lange gewaad viel
ruim over de lagere trede,  gedeeltelijk op de linkerkant
omdat de Linkervoet al op de lagere trede was;

God te beschrijven is onmogelijk,
men zal altijd woorden tekort komen …
God onderzoeken is waanzin in zichzelf!
Om de uiteindelijke Bron van Alles uit te drukken, zou dwaasheid zijn!
Hoe kan iemand uitweiden over een  concept dat gegeven is
in een visioen van zo een onuitsprekelijke pracht?
Zonder genade en zonder een volledige openbaring door God Zelf gegeven,
wat ongezien is door het oog, zal altijd ongezien blijven en goed verborgen;

maar vandaag, in onze dagen,
heeft het God dus behaagd ons allen de verzekering te geven,
zoals Hij toen aan Zijn leerlingen en Zijn apostelen heeft gegeven,
van de machtige tegenwoordigheid van de Heilige Geest;

de Heilige Geest van Genade
die ons het pad van de deugden zal laten zien
dat de zielen binnenleidt in de Mystieke verbintenis met de Bruidegom;

Ik ben, Mijn beminde, de Geest van heiligheid die aan ieder van jullie een verscheidenheid van gaven schenkt, dit zijn de juwelen van de hemel, de schatten die vrij worden uitgedeeld om Mijn tempels te heiligen; alles wat wordt uitgedeeld wordt uitgedeeld door genade door Mij; Ik ben niet neergedaald[2]om iemand van jullie straf op te leggen, maar in plaats daarvan kom Ik door deze nobele Ode om jullie te huwen, en als een bruidegom die zijn bruid overlaadt met juwelen, bied Ik jullie aan je te sieren met Mijn Goddelijke gaven voor onze huwelijksceremonie;

Ik word niet bewogen door welsprekendheid van woorden, of ontroerd door hun uitingen maar Ik verheug Mij over een berouwvol hart; dus jij die Mij zoekt, kom en leer: als je Mij[3] niet op de proef stelt, maar tot Mij komt in eenvoud van hart, dan zal Ik, als een rivier, in je stromen; Ik zal je leren hoe de vertrouwelijkheid met Ons te ontwikkelen; met zoetheid en tederheid zal Ik je onderrichten en je leren te wandelen met Ons en om gedwee te zijn tegenover Mijn verlichting en bewegingen; en zoals je Mij hebt gezien, Vassula, in het visioen, is Mijn Soevereiniteit onuitsprekelijk en overtreft Mijn Pracht het menselijk begrip;

ach, Vassula, laat Mij niet weer van je horen: “welke bedoeling dien ik …”[4] Ik heb, met Mijn Adem je levenloze ledematen bezield! ga door op elke manier goede daden te verrichten en wees niet bang; Wij hadden je gevraagd je leven te wijden aan anderen en dat heb je gedaan; met vreugde hebben Wij je geoefend en opgevoed om Ons als uitgangspunt van je leven te hebben en sindsdien hebben Wij je laten zien dat je niet langer jezelf toebehoort, maar Degene die je heeft bekleed met Zijn Licht, je bewegend in Mij, en in Mij ademend;

telkens wanneer je tot Mij riep: “ik glijd uit,” heb Ik je niet ondersteund? heb Ik je niet getroost? Ik zei dat als je in het huis van Jahweh zult zijn geplant je zult bloeien in Zijn Hoven en dat je vrij toegang zult hebben om Onze Hoven in en uit te gaan en terwijl je lichaam zich zal bewegen onder de mensen zullen je hart en je geest verrukt zijn in het lumineuze licht van de hemel; als iemand[5], Vassula, zijn wenkbrauwen voor je optrekt en zijn ogen samenknijpt en je vraagt: “wat bedoel je als je zegt, ook wij kunnen God bezitten? dat kan niet en dat kun je ook niet zeggen;” zeg Ik je, tenzij iemand de Goddelijke Aanwezigheid heeft ervaren in zijn hart, de straling en het Lumineuze Licht van Mijn Aanwezigheid binnenin hem, zal hij nooit weten noch begrijpen wat verzegeld en verborgen is, want het is door Mij dat deze mysteries worden onthuld; de deur van de Wijsheid zal alleen open gaan voor een berouwvol hart en voor hen die ondanks hun verarmde ziel de Geboden zullen onderhouden; in deze zielen zal Ik Mijzelf openbaren; 

Mijn Heer, altijd zo genadig,
uniek in Uw schoonheid, veelvoudig en subtiel,
altijd zo actief in hen die U bezitten of die U aanroepen;

scherpzinnig en vlekkeloos, schitterender dan de zon,
heel het gesternte  in glans overtreffend,

niet te vergelijken met enig licht,
U verspreidt Uw aroma door het hele universum;

in Uw vurigheid en Liefde,
zijn wonderen en tekenen een van Uw zo vele kostbare gaven,
gegeven om Uw tempels te versterken, Uw bruiden mooi te maken,
zodat deze generatie, U dierbaarder dan alles wat bestaat,
het Koninkrijk in zich zou mogen ontvangen
en dat is Christus Zelf;

ieder die U beschouwt, O Heilige Bruidegom,
zal beslist betoverd worden en gegrepen
door Uw onvergelijkelijke schoonheid en gratie;

de Auteur van de Schoonheid, de Auteur van Alles,
te kennen en op een intieme wijze te hebben ontmoet  
betekent al in Hem te zijn;

ik vraag U in Uw Grote Liefde die U voor ons hebt,
al diegenen te naderen die U nog niet hebben ervaren
zodat zij niet vervreemden van Uw Godheid;
verwaardig U in ieder van ons vorm aan te nemen,
zodat wij, als wij in Uw Licht zijn,
mogen worden omhuld en één zijn in Uw Licht …

Mijn intentie in deze nobele Ode is om iedereen in Mijn stralend Licht te trekken en de volheid van Christus te ontvangen; je hebt geleerd dat vrijheid te vinden is in Mij: vrijheid van het vlees, om te worden vergoddelijkt en zonen en dochters van de Allerhoogste te worden genoemd; vrijheid in Mij die je zal verheffen in de vreugden en het geluk van de hemel om de gelukzaligheid te ontvangen die daar is voor jou sinds het begin van je fundering en te allen tijde;

Mijn Ode voor jou, generatie, zal voor je worden gezongen opdat je haar drinkt en je ziel dronken wordt want Mijn Woorden zullen zoeter zijn dan wijn; en jij op jouw beurt, bedwelmd, zult Mijn Liefde meer prijzen dan de wijn en tegenover Mijn engelen verklaren: 

“hoe juist is het Hem te beminnen! Zijn verschijning is ongeëvenaard, Zijn conversatie is de zoetheid zelf; Zijn Lippen vochtig van genade; in majesteit en luister uit Hij Zijn Woord, mijn hart inspirerend met Zijn nobel thema; van alle goddelijke wezens[6] is Hij de meest begerenswaardige, de mooiste; en nu, als een rivier die snel stroomt om het land te bevloeien na te zijn tegengehouden door een muur,[7] verlang ik dat Hij in mij stroomt en mijn dorst lest; Ik beschouw mijzelf nog als geestelijk dood en in deze dood raakte ik in het graf, en samen met mij elke deugd die waardeloos zou hebben kunnen zijn in mijn binnenste omdat Uw Licht niet in mij was; O Lamp van onze ziel, kom! breng mij weer tot leven en ik zal U dag en nacht prijzen!” 

en Ik zal beantwoorden aan je smeking en je eraan herinneren dat vlees en bloed Ons Koninkrijk niet kunnen erven, want wat vergankelijk is kan niet erven wat eeuwig blijft; maak je geen zorgen, Ik zal je schuld vereffenen omdat je het verlangt en Ik zal als een rivier in je stromen, je dorheid en steriliteit verfrissen; je overgave aan Mij is de enige manier samen met je berouw waarop Ik je geest zou kunnen omvormen om de geest van Christus te hebben en Onze Wil te ontdekken; om door te dringen in Gods motieven of Zijn methoden te begrijpen zonder dat Ik in je ben is onmogelijk, maar Ik kan de deur naar kennis openen door Mijn transcendente Licht in jou, want Ik, de Vormeloze, zal vorm aannemen in je geest; als een schitterende Zon zal Ik Mijn Licht in jou plaatsen en doen herleven wat dood is, en je vullen met deugden;

Ik ben in alle opzichten een weerspiegeling van het Eeuwige Licht en Mijn Luister wordt vergroot in heel de schepping; en daar Ik alles te boven ga kan Ik alle dingen vullen met Mijn pracht zonder te worden omvat door hun grenzen; Ik heb de macht om je een ware verrijzenis te geven en je in Ons te verenigen om een waar leven in Onze Drie-ene Heiligheid te leven; daarom, van Mijn kant, ben Ik verheugd en blij deze Ode van Waarheid voor je te zingen, deze Ode als Mijn bruiloftslied …

in Mij waren de heiligen en martelaren geboren; alle zielen waarmee Ik ben verenigd worden ook bruiden, want in Mijn intieme relatie die Ik met hen heb word Ik hun Bruidegom elke dag van hun leven; en zo zal het met jou zijn als je verliefd op Ons zult zijn; vrijwillig zul je jezelf in Mij dringen en de volheid van Mijn Goddelijke Liefde smaken;

vanaf je geboorte verlangde Ik je te bezitten en terwijl Ik je zag opgroeien heb Ik, in het geheim, al onze verloving gevierd; Ik zou naar je toe zijn gevlogen bij het eerste teken van berouw en voordat jij je berouw zou hebben beëindigd zou Ik uitroepen, stampend met Mijn Scepter: 

“vrijgesproken!” 

en zou je voorhoofd merken met Mijn brandende doopkus heel het universum doorgeurend; dit zou een voorteken zijn van onze huwelijksceremonie, en Ik zou je als geschenk van Mijn Liefde voor jou een kroon aanbieden gemaakt van de geurigste bloemen; elk van hun blaadjes een deugd vertegenwoordigend; alleen dan zou je in staat zijn te zeggen: “Ik zie …”  en het werkelijk menen;

heb je niet gelezen dat alles wat volmaakt is, alles wat goed is om te verspreiden van de Vader van het Licht komt en dat Ik de uitdeler ben van alle hemelse gaven? vandaag daal Ik neer samen met de Vader en de Zoon als drie Getuigen; God de Vader is Geest;[8] daarin zendt Hij Mij, de Geest van Waarheid, om met je te zijn voor altijd en je tot de volledige Waarheid te leiden; het Woord van God, Licht en Verlosser en die bestond vanaf het begin, die het Hart van de Vader het meest nabij is, heeft getuigd en heeft de Vader aan je bekendgemaakt; inderdaad ben je gekocht en betaald met Zijn Eigen Bloed; het Woord van God is levend en actief en getuigt op aarde zoals Ik en de Vader getuigen; de Heilige die Zijn Kerk heeft gekocht met Zijn Eigen Bloed getuigt met Zijn Bloed en Ik, de Heilige Geest van Waarheid, getuig met Water;[9] daarom zijn Wij drie Getuigen en Wij zijn het alle drie eens omdat Wij slechts één enkele God zijn, met één Wil, één Macht en één Domein;

en als je nu vraagt wat het doel is van Onze Oden en wat Onze beweegredenen zijn, is Mijn antwoord aan jou het volgende: Wij dalen neer uit de hemel helemaal tot aan je kamer om je het geschenk van Onze Liefde aan te bieden; als druppels zuivere mirre laten Wij Onze Woorden op je druppelen om je te zalven en te zegenen; het is door Ons medelijden dat Wij je willen heropvoeden en je willen redden en je in Mij willen vernieuwen; Wij willen je heropvoeden om te worden gerechtvaardigd door genade en goden te worden door deelname om het Eeuwige Leven te erven;

Ik geef Mijzelf genadig aan jou en hoe guller jij jezelf aan Mij zult geven des te meer zul je van Mij ontvangen; Ik zal je dan in Mij verankeren zoals een koninklijk juweel en je veel van Mijn mysteries ontsluieren, daar Ik je Bruidegom zal zijn; in jouw verlangen om Mij te bezitten zul jij je een weg banen naar de Borst van je Bruidegom en zul je stralen in Zijn Licht, en door Mij zul je in staat zijn te zeggen: “ik ken God en ik begrijp Hem …”

Ik sta iedereen toe Mij te naderen en Mij vast te grijpen; voor ieder van jullie heb Ik een geparfumeerd pad voorbereid; dit pad dat jullie het Bruidsvertrek binnenleidt; wees niet verbaasd over Mijn glorierijke openbaring aan jou, maar verheug je liever  en sta Mij toe de zalving van Mijn Liefde op je te leggen en je te heiligen, en een heilige van je te maken; Ik ben hier om je liefde voor de Vader, de Zoon en voor Mij te wekken, en zoals de Vader en  de Zoon hebben gezegd, zeg ook Ik hetzelfde: Mijn woordenvloed is zoeter dan nectar en als Ik spreek gebruik Ik geen starre formuleringen; dit is niet de manier waarop Ik heiligen en martelaren of getuigen opwek; om volhardend en sterk te zijn geef Ik hun Mijn Geest van standvastigheid en vroomheid, precies zoals de Aartsengelen Michaël en Rafaël, die overheersend zijn in sterkte en moedige Strijders voor Gerechtigheid, en door Mijn Licht elk aspect van het menselijke gedrag opmerken …

om de bloemen te laten verschijnen op de aarde en de gevangenen te bevrijden, is Mijn conversatie zoeter dan de honingraat, zoeter dan wijn; deugd en religie waren altijd in Mijn dialoog met jullie allen; Ik ben de Enige die jullie de verborgen schatten kan geven, de geheime voorraden, dus Mij te erven is zoeter dan de honingraat; met olie van blijdschap nader Ik jullie om voor jullie melodieuze Oden te zingen en het hele universum te tooien met Mijn klank; Ik kom niet tot jullie met een zwaard aan Mijn zijde, maar met eeuwigdurende Liefde want jullie zijn zeer kostbaar in Mijn Ogen;

hier ben Ik om jullie ziel te verenigen met Onze Liefde; moet Ik jullie ziel voor altijd als een woestijn laten? of ben Ik hier om jullie Lamp te zijn en jullie te zalven? Ik ben tegen alle trots en arrogantie, tegen alles wat hooghartig is en schandelijk, tegen alle opgeblazen sprekers, tegen de afvallige; als je een van hen bent, hoe zal je geest dan de mysteries van God leren? zie hoe Ik je nu de Geest van Genade schenk om Mijn hemelse zaden in je te zaaien om in jou een Eden te doen ontkiemen; door een verscheidenheid van zaden[10] in je te zaaien die zullen ontspruiten in verschillende wierookhoudende bomen en veelsoortige planten;

Ik zal zijn als een waterloop die een tuin instroomt want Ik ben van plan Mijn hemelse zaden in jou gezaaid te bevloeien en Mijn bloembedden en kruidenbedden mooi te maken; dan kan Ik met vreugde zeggen: “de vijgenboom vormt zijn eerste vijgen en de bloeiende wijnstokken verspreiden hun geuren; de wierookhoudende bomen geven hun geur van mirre en aloë af; kom dan, Mijn liefde, Mijn lieflijke, kom;  toon Mij je gelaat, laat Mij je stem horen zingen voor Mij; laat Mij je kroon zien die openbarst in een bloem,” en Ik zal je op Mijn beurt toestaan Mijn Heilig Gelaat te ontsluieren op ons bruidsbed; Degene die jij hartstochtelijk zocht heeft nu vorm aangenomen in jou;

gezegend zijn zij die Mij vurig zoeken en Mij vinden en in Mijn Omhelzing vallen, zij zullen worden omgevormd en Ik zal hen vervullen van onuitsprekelijke vreugde! gezegend zijn zij die Mij konden bezitten, Ik zal hen volkomen doordringen met Mijn Luisterrijk Licht en ze verrijken met Goddelijke schatten; dan zal ook jij verlangen naar een huwelijksverbond met Onze Godheid, met Ons;

God kennen ontvlamt de ziel en doet haar naar niets anders verlangen dan om met God te zijn en voor Hem te zingen, en een thema van lofprijzing te worden, een vers van de Psalmen, een diadeem, een altaar voor het Altaar, een ivoren toren, een veld lelies, die zelfs de Engelen verbazen; dan, Mijn beminde, zullen je loten een boomgaard vormen en bloeien; je zult zijn als een tuin, omsloten door Mijn Armen, in Mijn Omhelzing een verzegelde fontein en dan kan Ik zeggen: “Ik heb nu toegang tot Mijn tuin, een ruime doorgang van genade die Ik helemaal bezit, en voordat de ochtendwind opkomt, voordat iemand beweegt, voordat de schaduwen vluchten, zal Ik naar de berg van mirre gaan, naar de heuvels van wierookhoudende bomen en naar Mijn kruidenbedden en Mij verheugen op een ongeëvenaarde wijze;”

op deze bruiloftsdag zal Ik Mijn beminde hullen in de schittering van de hemel met de engelachtige deugden maar ook met de glorie van Mijzelf; en Mijn beminde zal Mij prijzen en zingen: 

“eens was ik dood, maar nu hebt U mij leven gegeven en ben ik tot bestaan gekomen; U hebt niet alleen de verdorde beenderen bij elkaar gebracht en de gewrichten samengevoegd, maar U hebt in dit levenloze lichaam Uw verrijzenis Adem geademd en mij tot leven gewekt; en in mijn levenloze ledematen hebt U de Zon van gerechtigheid geplaatst en deelhebbend aan Uw onuitsprekelijke Licht, werd ikzelf licht; toen ik in het allereerste begin[11] de deur van mijn hart opende voor mijn Beminde, had Hij mij Zijn rug toegekeerd en was vertrokken! mijn ziel faalde doordat Hij vluchtte;[12] ik begreep het niet, totdat ik Hem riep terug te keren en mij schoon te wassen van al mijn onzuiverheden en Zijn Geur in mij te ademen; ik vroeg mijn Beminde naar Zijn domein en tuin te komen om nieuw leven te blazen in alles wat verwelkt was en het te veranderen in een Eden; dus kwam mijn Beminde terug van Zijn vlucht en herstelde wat dood was; Hij ademde over mijn tuin, om zijn zoete geur te verspreiden, en nu durf ik tot Hem te zeggen: 

laat mijn Beminde in Zijn tuin komen,
laat Hem Zijn zeldzaamste vruchten[13] smaken,
want zij zijn puur engelachtig;
laat Hem nu komen
en Zijn mirre en Zijn balsem verzamelen,
het is allemaal van Hem;
ik ben nu Zijn omheinde tuin
voor Zijne Majesteit alleen …” 

en Ik, van Mijn kant, zal innerlijke vroomheid in je opbouwen, Mijn beminde; Ik zal Mijn tuin omheinen en hem omcirkelen met Mijn Armen, Ik zal hem op deze wijze omhelzen; dan zal je Goddelijke Kennis worden geleerd, Mijn bruid, door de Heilige Wijsheid om je in staat te stellen op een dag tot Mijn dienst te zijn en ook ten dienste van anderen te zijn;

en nu, Mijn bruid, zal Ik Mijzelf volledig aan je geven en je ziel verzadigen met Goddelijke tederheid; ofschoon je soms Mijn straling van Licht ondraaglijk zult vinden, alsof je in lichterlaaie zou staan, zullen je geest en je hele wezen ontvlamd zijn en één zijn met Mijn Vlam; vanaf dan zul je Mijn bezit zijn en Ik zal jouw bezit zijn; Ik zal je vasthouden en je niet laten gaan, en jij op jouw beurt, jij zult Mij vasthouden en Mij niet laten gaan; hart voor Hart, liefde voor Liefde; een triomf voor Mij na Mijn langdurige bestorming met Mijn Liefde; dood voor je hartstochten maar levend in Mij; vervolmaakt in Mij en nu toegestaan om met Mij te heersen;

dan zal Ik naast je zitten en je apostolisch werk voor je uitstippelen dat je voor Mij zult doen; want dit is het doel van onze geestelijke Bruiloft; Ik en jij zullen partners worden om de Kerk te oriënteren[14] in volmaakte Liefde; leef en verheug je in Mij, en zing onophoudelijk je liefdesthema’s  voor Mij, en Ik zal onophoudelijk Mijn Oden van Liefde voor jou zingen … 

O Heilige Geest,
Schat van de heiligen, apostelen en martelaren,
het moment waarop Uw schepping verrukt zou zijn van Goddelijke Liefde,
zouden ze tot U uitroepen: “ Kyrie eleison, Kyrie eleison,”
en U op Uw beurt zult tot hen zeggen:
“omdat jullie Mij hebben omhelsd,
schijnt Mijn Lichtstraal nu in het centrum van je hart;”

nu kan ik overtuigd zeggen:
“ik hoef niet meer bang te zijn voor de doodgraver,
ik hoef het graf waarin ik lag niet ‘mijn bruidegom’ te noemen
en de worm: ‘mijn broeder en zuster;’
vandaag prijs ik mijn Heer
en noem Leven: ‘mijn Bruidegom, mijn Broeder en mijn Zuster;’
en nu ik Hem heb gevonden die mijn hart bemint,
zal ik Hem vasthouden, Hem nooit meer laten gaan;
nu ik mijn Liefde heb gegrepen, nu ik Hem bezit,
zal ik Zijn sluier wegnemen van Zijn Heilig Gelaat;”

O vreeswekkend mysterie!
Uw Majesteit heeft mij gezalfd met olie van blijdschap,
mijn rivalen tot zwijgen gebracht;

O wat bent U mooi,
van alle Engelen bent U de mooiste!

U bent Alles …
Het verlangen naar U is smartelijk,
de liefde en de dorst naar U verwondt
en bevredigt nooit;[15]

U hebt mij gewond in het Bruidsvertrek,
het moment waarop U mij vroeg Uw sluier op te lichten …
Maar dan wat hindert mij dat, Heer,
ik bezit U, de Almachtige God,
en ik heb U goed geworteld in het midden van mijn hart …

(Jezus sprak weer:)

ach, Mijn Vassula, zelfs de maan zou het aan helderheid ontbreken en de sterren zouden hun glans hebben verloren als je ooit Mijn uitnodiging zou hebben afgewezen;[16] Mijn bruid, Mijn mirre en aloë, leun op Mijn Hart, laat je hoofd nu op Mij rusten;[17] Ik was degene die je eens vroeg Mij je rechterhand te geven en dat heb je gedaan; Ik gebruikte hem en Ik zal hem nog gebruiken op een onuitsprekelijke manier om Ons Liefdesthema op te schrijven; open je hand;[18] Ik zal je nooit in de steek laten … nooit …wees gezegend; ecclesia zal herleven; 

 

(Deze Oden zijn beëindigd op 30 april 2003.)  


[1] Plotseling werd mij door genade een klein visioen gegeven.

[2] Zoals ik zag in mijn visioen.

[3] Wijsheid 1:2.

[4] Zoals ik soms, misschien dikwijls, geloof dat het werk dat ik voor de Heer doe, niet beantwoordt aan de eisen van de Heer.

[5] Een priester was geschokt nadat hij van ons had gehoord dat God ons had verteld dat niet alleen Hij ons kan bezitten, maar dat Hij verlangt dat ook wij Hem bezitten.

[6] Machten en krachten van de engelen.

[7] Dam.

[8] Joh. 4:24 en 1 Kor. 15:45. De beschrijving “Geest” in de bijbelse betekenis definieert niet zozeer Gods Natuur als Zijn Levengevende activiteit. God is Geest doordat Hij de Geest geeft.

[9] Met het Doopsel.

[10] Vertegenwoordigen de deugden.

[11] Vóór de ware metanoia.

[12] De Heilige Geest treedt niet binnen in iemand die in zondeschuld verkeert; Wijsh. 1:4.

[13] De engelachtige deugden.

[14] Op dit moment begreep ik tegelijk dat het ook Gods volk is dat georiënteerd moet worden in de Liefde van Christus.

[15] Si. 24:21.

[16] De Roep …

[17] Hij riep mij in een voorname stijl.

[18] Zoals eens eerder leunde het mooie Hoofd van Jezus naar voren en kuste de binnenkant van mijn rechterhand; dan met een op Zijn wang uitgedrukte zucht, trok Hij haar weer vriendelijk naar beneden;