1 mei 1992

Mijn Heer Jahweh,
mijn Beminde Vader in de Hemel,
Uw Naam is een uitgegoten olie;
U hebt Uw Naam aan mij geopenbaard
door naar mij te komen en mij te redden;
U hebt mij opgevoed en  mij dichtbij U gebracht.
Jahweh, mijn God, U hebt mij gered. 

ach Vassula, hoewel je een verdord stuk drijfhout was, klaar om in het vuur te worden geworpen en te worden verbrand, kwam Ik naar je toe om je te redden; in het dal van de Dood heb Ik je gevonden, wat Mij in rouw dompelde; Mijn Roep bracht de hemelen in staat van alarm, alleen al de herinnering aan die aanblik maakt Mij nog diepbedroefd, zo’n verdriet heb Ik gehad; Ik heb vele jaren geduld met je gehad; Ik heb je toen vele malen geroepen, maar jij wilde niet luisteren; maar omdat Ik je zeer bemin heb Ik geen einde aan je leven gemaakt , Ik heb je in plaats daarvan Mijn Trouw laten zien in jouw slechtheid; de pijn en de verwondingen die je Mijn Zoon toebracht verteerden langzaam Mijn Barmhartigheid, zo groot was je schuld en zo talrijk je zonden, dat Ik klaarstond om de Wonden van Mijn Zoon te wreken door jou te slaan;

ach Vassula, je Moeder van Altijddurende Bijstand huilde aan Mijn Voeten Tranen van Bloed voor jou, ja, je Heilige Moeder was je gunstig gezind en heeft Mij getroost .… Mijn Hart was diep ontroerd en Mijn boosheid was door haar Tranen weggenomen; de storm die in Mij was opgestoken, was gaan liggen;

Ik, Jahweh, je Eeuwige Vader, beminde je met een eeuwigdurende Liefde sinds die dag waarop Ik je heb geschapen en in Mijn Handen heb gehouden; ach .… nooit zal Ik die dag vergeten waarop je nog zo klein was; Ik zei: “Ik zal de Indringer verdrijven uit vele zielen door dit kleine en tengere meisje”; jij en Ik hebben toen een verbond gesloten dat jij voor Vrede zou werken door Mijn Liefde te verkondigen om te weerklinken tot aan het einde van de aarde, en dat Ik door jouw zwakte diege­nen zou verzamelen die op het punt stonden te  vergaan; Ik zou je onbevreesd maken voor dreigementen en voor indringers; en door jou zou Ik de afvalligen opsporen en achtervolgen; dan, zou Ik door jou je generatie ertoe brengen zich te verzoenen en te verenigen;

daar Ik de plannen van de Vijand reeds moest binnendringen, moest Ik jouw ziel ertoe brengen met Mij overeen te stemmen en je vanaf het begin te sterken; Ik zei: “heilig jezelf nu al en vast vanaf je geboorte, dat is wat Ik verlang: Ik zal je geen licht geven bij je geboorte[1], drie dagen en drie nachten; zul je in duisternis blijven, dit is hoe je zult vasten;”

dus, daarom heb Ik gezworen de ruimte in je hart nogmaals ruimer te maken; voor Mijn binnentreden en als een storm kwam Ik over je om alles te vernietigen wat Mijn Hart veranderde in een Wond; Ik blies zoals iemand een kolenvuur aanblaast, dat is de manier waarop Ik in je ziel blies om de uitdovende vlam in jou nieuw leven in te blazen; Ik zei: “laat je vlam nu opleven in je duisternis om Mijn Ziel te verheugen, laat je dorheid veranderen in een bevloeide tuin, in een waterbron;”

en met eeuwigdurende Tederheid heb Ik je aan Mijn Hart gedrukt, je weer tot de Mijne gemaakt; Ik heb gezworen je opstandige en onhandelbare hart te veranderen in een rustplaats voor Mij; Ik deed je begrijpen dat Ik je enige God zou zijn, je enige Liefde, ongeëvenaard en onherroepelijk;

toen heb Ik je sluier verwijderd om Mijn Naam te eren en verklaarde Ik open­lijk aan Mijn Hemelse Hof, dat Ikzelf zal strijden tegen diege­nen die jou zullen bestrijden en vervolgen; want nu zal Ik, je Schepper, je Echtgenoot zijn en je enige Toevlucht; Ik zou Degene zijn die op jou vertrouwt en jij op Mij; Ik zou van Mijn Woorden een vuur in jouw mond maken, om ze te verkondigen tot aan de uiteinden van de aarde; alles wat je hebt geleerd heb je van Mij geleerd; Ik, Jahweh, je Eeuwige Vader, heb je mooi gemaakt, teer klein meisje; Ik buig Mij nu, op dit zelfde moment, over je neer om je ziel te verheffen tot dichtbij Mijn Hart, Mijn smart;

Mijn kind, te zien hoe Mijn kinderen Mijn Liefde, Mijn Vrede en Mijn Genaden afwijzen, doet Mijn Hart in Mijn binnenste omdraaien; Ik heb zielen nodig om Mij te troos­ten, Ik heb edelmoedige zielen nodig om Mijn brandende toorn te bedaren; wees Mijn verkwikking, wees Mijn Hemel; Ik, Jahweh, bemin jullie allen;

kom, Ik zal Mijn Heerlijkheid tonen door jouw nietigheid; omwille van Mij; maak een einde aan de overtreding, maak een eind aan de opstandigheid; jullie zijn allen verdeeld en schieten voortdurend tekort in het vrucht voortbrengen om een te worden en heilig te leven; zijn jullie en je broeders voor Mij niet allemaal hetzelfde? zal niemand van jullie Mijn Eer herstellen door Mijn wankelend Huis weer op te bouwen? zal Ik gedwongen zijn Mijn zwaard tegen jullie te trekken? zullen jullie doorgaan weerstand te bieden aan Mijn Heilige Geest? zullen jullie doorgaan Mijn Zoon opnieuw te kruisigen? de Amen vraagt aan ieder van jullie je vijanden te zegenen, hen allen te vergeven en komen om je met Mij, jullie God te verzoenen, opdat jullie in staat zullen zijn je met je broeders te verzoenen, om één enkel Lichaam te vormen tot Mijn Glorie, kom en sluit vrede met Mij;

laat ieder Mij horen en begrijpen door Mij te lezen, hoe Ik, jullie Eeuwige Vader, gekweld word telkens wanneer Mijn Ogen vanuit de Hemel de taferelen zien die Mijn Hart verscheuren, en hoe Ik de bittere plaag kan overwinnen die steeds meer in elke ziel binnendringt; Ik ben de Amen, en Ik kan jullie redden als jullie je tot Mij wenden; –

Vassula, je wedloop is nog niet beëindigd, maar Ik, Jahweh, je Eeuwige Vader, ben met je; wees gezegend omdat je Mij toestaat je hand en je tijd te gebruiken; Mijn Vinger is op je hart zodat jij je herinnert wie je heeft opgevoed;


[1] Toen ik geboren werd zaten mijn ogen dichtgeplakt, ze waren gesloten. Ik opende mijn ogen pas na drie dagen. Mijn moeder, die bang was dat ik misschien geen ogen had, heeft tot onze Heilige Paraskevi [een Griekse Heilige voor de ogen] om hulp gebeden en beloofde haar naam als tweede naam aan mij te geven, na Vassula. Paraskevi betekent: vrijdag.