29 maart 1989 

(Boodschappen voor de bijeenkomst te Courtételle, Noord Zwitserland.) 

vrede zij met jullie;

Ik ben de Heer, voel Mijn Aanwezigheid, zie Mijn Aanwezigheid; Ik kom vandaag bij jullie, en spreek door Mijn dienares; Ik ben altijd met jullie, op elk moment van jullie leven; Mijn Heilig Hart verheugt zich erover  jullie liefde voor Mij te voelen; Mijn lammeren, hoezeer heb Ik er altijd naar verlangd jullie te verzamelen in Mijn Armen en jullie te beschermen tegen het kwade! Ik bemin jullie, Ik bemin jullie met een eeuwigdurende liefde, een jaloerse liefde die jullie pas ten volle zullen begrijpen als jullie in de Hemel zijn; 

toch, ondanks Mijn Onpeilbare Liefde, hebben de meeste van Mijn kinderen Mij de rug toegekeerd … ze zijn Mijn Lijden verge­ten; en door de evolutie is Mijn Naam nu zonder beteke­nis voor hen; geef hun afgoden en ze zullen de eersten zijn om die te aanbidden, maar geef hen wat Heilig is en ze zullen Het bespottelijk maken;

Ik, jullie Heilige, lijd en Mijn Lichaam is verminkt door ongehoorzaam­heid, onreinheid en de misdadigheid van deze duistere wereld! ach schepping! Mijn Kreet van lijden schokt de hele Hemel, en Mijn engelen beven en vallen op hun aangezicht; hebben jullie Mij nog niet gehoord, Mijn dochters en zonen? Mijn Kreten van boven doen zelfs de duivels verbluft staan over jullie doof­heid … Tranen van Bloed stromen uit Mijn Ogen, nacht en dag, uur na uur, terwijl Ik onophoudelijk op jullie wacht, hebben jullie Mijn Geest voor altijd afgewezen? Mijn Stem weerklinkt in deze verschrikkelijke wildernis, zonder een enkele weide om te rusten, geen enkele bron om naar toe te snellen om je te verfrissen;

Ik daal van Mijn Troon van boven neer in Mijn Weiden van weleer om ze verwaarloosd en dor aan te treffen; Mijn bloemen, die Ik geplant heb met zoveel liefde en met Mijn Eigen Hand, gaan de één na de ander ten gronde; Mijn bloemperken zijn verwaarloosd en droog; Mijn bronnen zijn nu nog slechts een leeg, stoffig en donker hol waarin adders nestelen; waar zijn Mijn bewaarders heengegaan? waarom hebben ze Mijn tuin verwaarloosd? zal Ik bij Mijn terugkeer nog een enkele bloem aantreffen?

Mijn Geest is verpletterd door gebrek aan liefde, gebrek aan geloof, gebrek aan vrede; kinderen van Mijn Heilig Hart, hoor Mijn Oproep in deze wildernis; herken Mijn Stem, herken tenminste de Tijden! kom allen die zich niet met Mij verzoend hebben, kom nu en verzoen je; jullie ongerechtigheden zijn tot in alle eeuwigheid doorgedrongen en hebben jullie van Mij weggetrokken; doe geen kwaad en jullie zal geen kwaad overkomen; wees goed voor iedereen, bemin elkaar, vergeef jullie vijanden; Ik herhaal Mijn Woorden die jullie allen kennen, maar hoe velen van jullie brengen ze in praktijk?

bid met jullie hart; Ik heb liefde nodig; kom en sier Mij met gebeden die uit jullie hart komen, kom en put uit Mijn Hart dat een Afgrond van Liefde is, en vul daarmee jullie hart; Ik zeg jullie zeer plechtig, dat de uren vliegen, dierbaarste zielen, kom terug naar Mij; vrede! vrede! vrede! roep uit naar de volkeren om vrede, vrede om tot eenheid te komen! vrede om te beminnen! vrede om Mij te verheerlijken! de dag nadert waarop elk visioen dat Mijn zieners hebben gezien, bewaarheid zal worden, want wat Ik verkondig vervul Ik altijd; bid, Mijn beminden, voor Mijn Petrus; bid voor de Patriarch; bid voor al Mijn priesters;[1] bid dat Mijn Kudde één worde, zoals Ik en de Vader Eén en Dezelfde zijn; bid dat Mijn lammeren terugkeren in één enkele Kudde onder het leiderschap van Petrus tot aan Mijn Terug­keer;

O, als jullie toch eens zouden luisteren en gehoorzamen! willen jullie nu het Onze Vader bidden? Ik luister, (…) en Ik beloof jullie, dat Mijn Koninkrijk zal komen, en dat Mijn Wil zal geschieden op aarde zoals in de Hemel; kinderen, draag vrucht in Vrede; Ik, de Heer, bemin en zegen jullie allen; 

(Boodschap van onze Heilige Moeder voor dezelfde bijeenkomst:) 

beminden, troost Jezus, troost Jezus, wees in vrede met elkaar en bemin elkaar; wees trouw aan God en vertrouw je helemaal aan Hem toe; je geeft jezelf alleen aan Liefde over en zo staan jullie Hem toe jullie te voeden met Zijn Liefde en Vrede; de Heer en Ik zegenen jullie allen; Ik bemin jullie; de Heer en Ik zegenen alle religieuze voorwerpen die in deze ruimte zijn;

dochter, heb Mijn Vrede; vertrouw jullie zelf alleen maar toe aan de Handen van Liefde en Liefde zal jullie altijd leiden; Ik bemin jullie, Ik zegen jullie;


[1] Terwijl Hij “priesters” zei, zwol het Heilig Hart van Jezus uit een bijzondere liefde voor hen, maar tezelfder­tijd doorboorde een pijn Zijn gevoelig Heilig Hart, en ook het mijne toen ik Zijn lijden voelde. Mijn ogen vulden zich met tranen.