5 februari 1989
Vassula, heb Mijn Vrede; sta Mij toe Mijn Boodschap te verhelderen; je moet daarvan niet alles persoonlijk opvatten; jij bent eenvoudig niet in staat deze dingen te doen die Ik van je verlang;
om te beginnen, ofschoon Ik schrijf, “jij”, betreft het in werkelijkheid niet jouzelf! hoeveel keren heb Ik geschreven “laat Mijn Kerk herleven, Vassula”? Ik zal Mijn Kerk doen herleven met Mijn Macht; bloem, Ik zal Degene zijn die Mijn kinderen van Garabandal zal zegenen;
Mijn bloem, Ik ben van plan Mijn Kerk te verenigen; heb Ik niet ook geschreven “verenig Mijn Kerk, Vassula”? denk je nu werkelijk dat jij degene zult zijn die Mijn Kerk zal verenigen? nogmaals Mijn Woorden zijn symbolisch; nu weet je het, begrijp het voortaan niet verkeerd, Ik zal al het Werk doen; Mijn engelen, Ik heb jullie veel genaden geschonken, gebruik ze, laat je niet in de war brengen! wees in Vrede; voed Mijn lammeren met Mijn Goddelijke Boodschap en vertrouw op Mijn Leiding; Ik bemin jullie allen;