15 oktober 1987
Ik zal je deemoedigen zoals Ik gedemoedigd werd; Ik zal je vernederen; Vassula, Ik bemin je en uit liefde waak Ik over je; omdat Ik je leid weet Ik wat het beste is voor je ziel; Ik zal je deze boete opleggen opdat ze je neiging tot ijdelheid wegwast; Ik, de Heer, zal erop toezien dat het je ziel aan niets ontbreekt; Ik zal altijd over je waken;
Dank U, mijn God, dat U mij helpt.
Ik gebruik je nu, maar binnenkort zul je worden bevrijd en in Mijn armen zijn;
dochter, denk eraan dat toen Ik in het vlees onder jullie verbleef, Mijn leven niets anders was dan lijden, opofferingen, angsten, verdriet, van alles; Ik had geen rust;
Vassula, Ik heb je opgevoed voor deze Boodschap; Mijn bloem, je moet Mijn Kruis samen met Mij dragen, helemaal tot het einde; Ik bemin je oneindig;
Ik bemin U, Heer, en als U mij gekrenkt wilt hebben, zal ik Uw Wil doen.
wees gewillig opdat Ik met je kan doen wat Mij behaagt; kleintje, spreek over Mij;
(Jezus bedoelt tot de Grieken op Rhodos. De Grieken luisteren erg graag en openen gemakkelijk hun oren.)