2 mei 1987 

Ik ben Jezus,

Jezus, ik voel dat U op het punt staat mij een belangrijke boodschap te geven;  overeenkomstig het patroon valt de duivel mij aan om mij de moed tot schrijven te ontnemen. 

Ik heb een boodschap voor hen die Mij beminnen[1] en hun zielen voor Mij offeren; Ik wil hen bemoedigen door hen Kracht te geven;

Ik, het Woord, wil Mijn woorden verkondigen door dit zwakke instrument; Ik zal op aarde neerdalen door deze Boodschap en Mijn Licht over jullie allen laten schijnen;

Ik zegen jullie, beminden van Mijn Ziel; Ik bemin jullie! Ik heb in Mij, in de diepten van Mijn diepste Ziel, een Levende en Onuitputtelijke Vlam; Ik ben Zuiverheid en Toewijding en een afgrond van Weelde; Mijn beminden, kom en put uit Mij en verzadig jullie hart, kom en nip van Mij; kom en dring binnen in Mijn open Wonden; kom en dompel jullie ziel onder in Mijn Bloed! drink uit Mijn Levende Fontein, zodat jullie in staat zullen zijn over te stromen en deze troosteloze wildernis te bevloeien en Mijn lammeren te genezen;

put uit deze Levende Vlam en laat haar jullie hart verteren! Ik bemin jullie in een mate die jullie verstand nooit kan vatten; kom; word het niet moe Mijn Heilig Kruis te dragen, want Ik ben met jullie en draag Het met jullie; volg Mij en blijf dicht bij Mij, plaats jullie voeten in Mijn voetsporen en word het strijden en lijden niet moe; verheerlijk Mij en laat jullie stemmen ten Hemel stijgen als zoete wierookgeur;

prijs Mij; laat Mij Me verheugen, laat Mij vreugde vinden in jullie; laat Mij genieten van jullie liefde voor Mij; vul jullie hart met deze Oneindige Liefde en laat Haar uitstromen over Mijn lammeren en hen genezen;

laat elk levend schepsel op aarde Mijn warmte voelen; laat elk koud en versteend hart smelten en oplossen in Mijn Zuiverheid, door in Mijn Lichaam op te gaan en één te worden met Mij! laat elke schaduw van het verleden weer tot leven komen in een levende ziel, vol Rechtschapenheid, Vrede en Liefde; maak van Mijn Schepping een Eden!

verenig je! verenig je en wees één, want Ik, God, ben Eén; eenheid brengt kracht, verenig je; wees Mijn toegewijde zaaiers, die Mijn zaden van Vrede en Liefde uitzaaien;

Ik heb graankorrels geschapen die een hemel op aarde zullen voortbrengen, want Mijn Koninkrijk op aarde zal zijn zoals in de Hemel; neem Mijn graankorrels die in Mijn Hart liggen, gezuiverd door Mijn Bloed, en strooi ze overal uit; Ik draag deze zaden, bemin­den, en Ik verlang dat jullie Mijn Hart binnengaan en ze daar halen, zoek naar eenheid;

Ik zal Mijn bloemen genezen, Ik zal ze doen geuren, Ik zal ze doen bloeien, Ik zal Mijn Tuin mooi maken; Ik zal jullie hart bevloeien, Ik zal jullie nieuw leven geven;

Schepping! Ik bemin je! Ik zal op je schijnen en Mijn warme stralen deze zware, donkere donderwolken laten oplossen, ze weg laten waaien, ze laten verspreiden; Mijn Licht zal er doorheen breken en alle duisternis en kwaad die zwaar op jullie lagen zullen verdwijnen, deze duisternis die jullie slechts zwakte, ellende en slechtheid heeft gebracht;

Mijn Warme Stralen zullen al Mijn bloemen doen herleven, en Ik zal vanuit de Hemel Mijn dauw van Rechtschapenheid, Heiligheid, Zuiverheid, Oprechtheid, Vrede en Liefde uitgieten; Ik ben jullie Toegewijde Herder met een waakzaam oog op jullie, onthoud dat Ik het Licht van deze wereld ben; Ik ben het Woord;

rede zij met jullie allen; verheerlijk Mij; steun op Mij, strijd en word het niet moe Mijn Kruis te dragen en Mijn kinderen te genezen;

Mijn Vassula, word het schrijven nooit moe; Ik bemin je; Wijsheid zal je onderrichten; 

Ik bemin U Heer. Moge Uw Wil geschieden.

[1] Alle priesters, religieuzen, zusters en broeders, al diegenen die Hem echt beminnen.