Een overdenking door Vassula

“Aan Mijn Eucharistie wordt steeds minder belang gehecht”(16 oktober 2000)

Deelnemen aan de Eucharistische gaven is opgenomen worden in het Lichaam van Christus, geboren uit de Maagd, en in de Kerk die ook Zijn Lichaam is. Het is bekend dat wanneer men de Eucharistie waardig en met geloof ontvangt, de Eucharistie ons goddelijkheid schenkt. We geloven dat we deel hebben aan het eeuwige leven, als we niet onwaardig en tot onze verdoemenis eten.

Door zichzelf aan ons te geven in de Communie, geeft Christus ons zijn eigen vlees en beenderen. Dit is inderdaad wat Hij ons te eten geeft. Daarom maakt Hij ons door de communie één met Zichzelf. Onze Heer vergoddelijkt ons omdat we in Hem belichaamd zijn: vlees van Zijn Vlees en been van Zijn Beenderen.

Communie is opstanding tot het eeuwige leven. En degenen die het eeuwige leven hebben, zijn degenen van wie de Heer zegt dat Hij ze op de laatste dag zal opwekken. Jezus, de zoon van God, verkondigt duidelijk dat de eenheid die wij in de communie met Hem zullen hebben, gelijk is aan de eenheid en het leven die Hij met zijn Vader deelt. Volgens de genade, als we Zijn Vlees eten en Zijn Bloed drinken, zoals Hij van nature verenigd is met zijn Vader, zo zijn wij met Hem verenigd en leven wij in Hem.

De Heer had gezegd. “Ik ben het brood dat uit de hemel neerdaalt”. Hij zei niet “is neergedaald”, want dat zou betekenen dat het maar één keer is neergedaald. Wat zegt Hij dan? Hij zegt, “dat neerdaalt”, wat betekent dat het altijd en onophoudelijk neerdaalt in degenen die het waardig zijn, dat wat elk uur wordt aangeboden, zelfs nu.

Je moet met het oog van de geest zien dat deze kleine hostie, zo bescheiden, goddelijk is gemaakt vanuit de hemel, en dat het waarllijk God is, het brood en de drank van onsterfelijk leven. Het is de Heilige Geest die het brood verandert in het Lichaam van de Heer en de wijn in het Bloed van onze Heer, derhalve geheel goddelijk.

Zo geeft de Heer Zichzelf onvoorwaardelijk aan ons, heiligt ons en bereidt ons voor op het eeuwige leven, omhult ons met de glans van onsterfelijkheid en maakt ons vurig om Hem te aanbidden. Christus is aanwezig in de Eucharistische gaven en in het deelnemen eraan, in deze twee naturen, goddelijk en menselijk. Daarom zijn zij die vaak de communie ontvangen gezegend, omdat ze elke dag met Christus gevoed worden. De onzichtbare God wordt zichtbaar, de onbegrijpelijke God wordt grijpbaar.

In de boodschappen van WLIG is dit wat onze Heer zegt over de Eucharistie:

“om alle nederigen van de aarde die Mij ontvangen te redden en hen onvergankelijk leven te geven werd Ik Brood om Mijzelf aan jullie te geven; en door deze Communie heilig Ik allen die Mij ontvangen, en vergoddelijk hen, om het vlees van Mijn Vlees te worden, het gebeente van Mijn Gebeente; door deel te hebben aan Mij, Ik, die Goddelijk ben, worden jullie en Ik één enkel lichaam, geestelijk verenigd; wij worden familie, want Ik kan jullie veranderen in goden door deelname… door Mijn Godheid vergoddelijk Ik mensen”(16 oktober 2000)

Onze Heer Jezus vraagt ons allemaal om Hem te komen aanbidden in het Allerheiligste Sacrament. Als je zegt: “Ik heb geen tijd” of “Is het echt nodig?” Het is alsof je dan tegen je beste vriend zegt: “Ik heb geen tijd om je ooit te bezoeken en te zien”. Je vriend zal beledigd zijn en zal nog meer beledigd zijn als je zegt: “Is het echt nodig dat ik je bezoek?” Het zal zo erg zijn dat je vriend niet alleen gekwetst zal zijn, maar ook zal gaan geloven dat je geen interesse meer hebt om samen te zijn. Zo is het ook met onze Heer.

In de Schrift waren de herders en de drie wijze mannen de eersten die Jezus aanbaden en op hun knieën vielen. Ze kwamen helemaal uit hun land om Christus eer te bewijzen.

In Getsemane, toen Hij in doodsnood tot de Vader bad, had Hij gezelschap nodig van Zijn discipelen en vroeg Hij hen om wakker te blijven en te bidden. Maar zoals je weet, werden ze moe van de slaap en Jezus beklaagde zich bij Petrus en zei tegen hem: “Hadden jullie dan niet de kracht om één uur met Mij wakker te blijven?”

De wereld van vandaag, zegt onze Heer, leeft alsof er geen God is, en de afvalligheid heeft zich meer dan ooit verspreid, want het werk schenkt geen aandacht aan Gods wet van voorschriften. De wereld weigert God eer te geven en verheerlijkt in plaats daarvan zichzelf door God te spelen. Mensen besteden meer van hun tijd aan aardse verwennerijen dan aan het samenzijn met God en het aanvaarden van Zijn liefde. We leven in tijden waarin het goede in het kwade wordt veranderd. We leven in tijden waarin de wereld ijskoud is geworden in de liefde voor God, maar zich volledig geeft voor goddeloosheid en materialisme dat alles wat materieel is tot god maakt.

Jezus verblijft echt voortdurend in de Tabernakel. Je zegt dat je van Jezus houdt? Bewijs dan je liefde door je bezoek tijdens de aanbidding van het Heilig Sacrament. Toon Hem je liefde door je aanwezigheid, zelfs als je niets zegt en zwijgt. Jezus waardeert alles; Hij waardeert jouw aanwezigheid en in ruil daarvoor trekt Hij je Zijn Heilig Hart binnen, in Zijn zoete omhelzing om Hem op een intieme manier te leren liefhebben.

“Maak Mij blij en verander jullie leven; gelukkig de mens die mediteert over wat Ik hem vandaag aanbied en die zijn hart bestudeert en zijn ziel onderzoekt, want Ik zal hem opwekken; gelukkig zijn zij die tot Mij komen zoals de tollenaar die zijn schuld erkent, want in deze harten zal Mijn Woord wortel schieten en gedijen; Ik zal dan hun ogen ontsluieren zodat ze mogen zien en begrijpen met hun hart dat alles wat Ik nodig heb Liefde is, Liefde en Aanbidding… alles wat Ik vraag, beminden, is liefde in heiligheid; Ik ben op zoek naar jullie hart… de Liefde wacht, kom Mij aanbidden…”. (1 juni 1989 )