20 september 1996
Eli, ik bemin U.
Rechter van de levenden en de doden,
ik geef U mijn hart.
Eeuwige Vader en Vredevorst[1]
regeer mij.
Loot-van-de-Wijnstok, vrede zij met je; Ik zal je Mijn Stem niet onthouden, Ik onthoud kinderen nooit iets dat zij Mij vragen, hoe vermetel ze ook mogen zijn; ze kunnen altijd gestraft worden en Ik kan ze altijd weer tot rede brengen; ja, zij kunnen ellendig zijn, maar hun Trouwe Koning zal over hen blijven schijnen en hun vrede geven om volmaaktheid te bereiken;
ziel van Mijn Hart,[2] gewonnen voor deze zending, open nu je hart en luister naar wat Ik heb te zeggen: Ik heb je geroepen om voor Mij te werken en tegelijkertijd vreugde in je hart te brengen; je wedloop is nog niet ten einde … terwijl jij je wedloop loopt, loop Ik hem ook; Ik ben aan je zijde; wil je, omwille van Mijn zaak, nog een poosje volhouden?
Heer, ik heb de zoom van Uw kleed vastgegrepen en ik zal hem niet loslaten!
tooi Mijn Heiligdom;[3] verwoesting en ruïne zijn Mijn Heiligdom binnengedrongen; doe Mijn Heiligdom herleven; en troost hen die rouwen, zij zijn Mijn volk; zeg hun dat Ik op de gepaste tijd snel zal handelen, want Mijn Geest zal worden uitgestort zelfs over de geringsten en de kleinsten van jullie zullen machtig worden;
je moet je broeders en zusters bemoedigen en sterken; vertel hun dat Tedere Barmhartigheid nu jullie allen bezoekt, om jullie sterkte te geven in de tijden van beproeving die gaan komen; Ik zal tedere aandacht schenken aan jullie noden; vermenigvuldig jullie gebeden, want in deze dagen groeit de rebellie; rebellie komt van Satan die de eerste Rebel was; gezegend is hij die gelooft dat de Belofte die door Mij is gedaan in vervulling zal gaan!
Ik zeg jullie uiterst plechtig, het uur van de rebellie is gekomen, het uur van degene die er aanspraak op maakt zoveel groter te zijn dan alles wat de mensen “god” noemen, is hier, en hij is onder jullie; zijn verlangen is het zichzelf op de troon te plaatsen in Mijn Heiligdom om zijn leer rond te sissen … Mijn Instelling van de Eucharistie te ontheiligen; hij en zijnsgelijken willen Mijn Eeuwigdurend Offer afschaffen; hij wil Mijn Verbond en Mijn Wet breken; en als dit eenmaal is gebeurd, zal hij velen vleien door hun grote eerbewijzen te verlenen; daarom zullen velen hem erkennen en zijn leer;
maar de Mijnen, Mijn Jacobs, die Mij kennen, zij zullen standvastig aan Mijn zijde blijven en zich verzetten; zelfs vandaag gebruikt hij anderen om furieuze acties te ondernemen tegen Mijn heiligen,[4] want hij heeft er zijn zinnen op gezet ieder die heilig is te vernietigen; nu is hij verborgen, maar hij zal opstaan op de vastgestelde tijd om zijn kwaad te doen … Satan heeft hem nu al gedurende vele jaren aan zich gebonden … en jullie, jullie moeten de hoop niet verliezen; daarom heb Ik gezegd: “gezegend is hij die gelooft dat de Belofte die door Mij is gedaan in vervulling zal gaan …”
Mijn Moeder en Ik doen apostelen opstaan die persoonlijke vrienden van Ons worden en vertrouwelijk, zodat zij zullen opstaan als lichten op een lampenstandaard en schijnen in deze dagen van beproeving; zij zullen de sterke pilaren van Mijn Kerk zijn, want zij zullen worden gesteund door Mijn Heilige Geest die hun innerlijke kracht zal zijn;
ach … generatie, je geloofsafval is veel voorgekomen door de jaren heen, maar een grotere geloofsafval dan deze heeft Mijn Kerk nooit eerder doorgemaakt …
vertel Mijn volk niet bang te zijn, maar hun hoop op Mij te stellen, want de Vader en Ik kennen hun noden; vertel degenen die hun hart niet op Mij hebben gericht het nu te richten op Mijn Koninkrijk; zeg niet: “onze Meester neemt de tijd om te komen …” Ik sta aan jullie deur … maar zijn jullie klaar om Mij te ontvangen? Vassula, er is een hoop werk te doen, maar onthoud, je zult dit werk doen samen met Mij en je zult Mijn Sterkte ontvangen … ga er dus op uit en spreek Mijn volk toe, wees Mijn klinkende echo …
Ik, Jezus Christus, zegen je; wij, ons?
Ja Heer, maar een vraagje, Heer – zult U de Rebel onttronen?
ja! Ik zal de Rebel onttronen; deze overwinning zal komen met vuur, en hoezeer verlang Ik dat het al zou branden! maar Mijn Kerk moet nog een doopsel ondergaan en hoe groot is Mijn smart totdat het voorbij is![5] dit doopsel zal uit de hemel komen, de wolken zullen het neerregenen; heb je niet gelezen, Mijn leerlinge: “laat de aarde zich openen om vrucht van verlossing te dragen; laat bevrijding, ook, ontkiemen die, Ik, Jahweh, zal voortbrengen …”[6] Ik heb geen chaos geschapen en chaos heeft nu zijn wortels stevig gevestigd in deze wereld van Geloofsafval …
kom, Ik ben met je;
[1] Jes. 9:5.
[2] Dit moet als een uitdrukking van intimiteit worden opgevat.
[3] Dit bevel klonk als een donderklap. De Heer had de toon van Zijn Stem veranderd.
[4] Om verborgen te blijven.
[5] Toespeling op Jezus Passie. Luc. 12:49-50.
[6] Jes. 45:8.