11 juni 1994 

(South Hadley, Massachusetts.) 

Mijn Heer? 

Ik Ben; heb Mijn Vrede;

luister naar Mijn Stem: dochter, Ik zal Mijn Geest in je uitstorten en je zult vanavond je mond openen en Mijn Woorden zullen er als manna uitstromen en een menigte voeden; Ik zal hun mond vullen met Mijn geestelijk voedsel en eenmaal gevuld zullen ze Mij prijzen en Mij verheerlijken; vertel hun dat Degene die op een glorierijke troon zit, oproept tot vrede, verzoening en liefde;

willen jullie Mijn Naam prijzen? sta nu dan op en verzoen je met je broeders en je zusters; jullie zullen nooit zo dicht bij Mijn Hart zijn als op dit moment van verzoening … ontwapen de vijand, versla de tweedrachtzaaier voor de rest van jullie dagen … kom, wat Ik van jullie vraag is liefde en Ik zal niet langer afkeurend tegenover jullie staan;

gezegende,[1] elke minuut die je Mij geeft behaagt Mij, dus zal Ik, Jezus, je beschermen zodat je niet in vervoering raakt; …[2] ontken nu niet dat je liever zou rusten dan Mijn dictaat[3] te  op te nemen … 

Het is waar; ik ben erg moe. 

slechts één woord: Vassula, Ik verlang je voor altijd in Mijn Hart te bewaren, bemin Mij dus … 

Bent U nu ontdaan, Heer?[4] 

nee; Ik weet hoe belast je bent en Ik ken de grenzen van je kracht; alles wat Ik van je vraag is liefde; heb Mij in je gedachten, in je hart en voor ogen, zodat je samen met Mij dit werk volbrengt met een zegevierende bekroning; maak Mij blij en steun op Mij; Ik heb je grootgebracht om Mij te verheerlijken; Ik heb je grootgebracht, opdat Ik op zekere dag kan zeggen:

“kijk! dit is degene die Ik heb uitgekozen om Mij te verheerlijken met haar liefde; dit is degene die Ik heb gehuwd, Mijn bruid en Mijn beminde, en op wie Ik Mijn gelaatstrekken heb gelegd om van Liefde te getuigen; dit is degene die Mijn Heilige Geest heeft begiftigd met Wijsheid, haar zalvend met Mijn Kenteken,[5] ach! wat ben Ik blij haar te hebben grootgebracht, want nu kan Ik uitroepen dat niemand van haar generatie Mij zoveel heeft bemind als zij; Mijn wens is vervuld, Mijn onderrichtingen waren niet tevergeefs; Ik heb gedaan wat Ik gedaan heb, om Mijn Naam te eren”;

Mijn kind, Ik Ben is altijd met je; je bent nooit alleen en Mijn Hart springt op van vreugde telkens wanneer je Mijn Naam uitspreekt om Mij te verheerlijken: maak bekend dat de Heilige het bevel voert over alles en dat Ik een afgrond van Barmhartigheid ben;

Ik bemin je; wees in vrede; ic;


[1] Jezus wendde Zich tot mij om tot mij te spreken.

[2] Plotseling hield Jezus op en vroeg mij zeer ernstig het volgende:

[3] Ik was zo moe en Hij wist het.

[4] Hoewel Hij niet ontzet leek.

[5] Dat is als Hij in het publiek verschijnt in mijn plaa­ts.