Fr. René Laurentin legde de boodschappen van Vassula voor aan J. A. Munier, een beëdigd grafoloog met een uitstekende reputatie en adviseur voor het Hof van Beroep in Parijs, Frankrijk. Hij vertelde hem niets over de zaak behalve de leeftijd (47) en de voornaam van de dame die hij niet kende. De analyse, die hieronder is weergegeven, bevat zowel een analyse van het grote handschrift (van Jezus) als van het kleine (Vassula’s normale handschrift).

Het rapport werd voorafgegaan door de titel:
“Grafologische interpretatie, zonder voorafgaande informatie (en zonder rekening te houden met de tekst zelf wegens gebrek aan kennis van de Engelse taal)”.

Interpretatie van de grote letters gedicteerd door Jezus:

• Buitengewone tellurische kracht
• Een beheerst enthousiasme met een vleugje verrukking, d.w.z. lijkt de bron te zijn van een soort welzijn.
• Ze is vervuld van een kracht die haar normale zelf te boven gaat.
• Ze is vervuld van onzichtbare krachten waarop ze reageert met een soort primitieve eenvoud, terwijl er op andere gebieden ook een verfijnd element aanwezig is.
• Ze is overtuigd van deze onzichtbare kracht die ze intens waarneemt.
• Ze is een tussenpersoon, als een centrum van overdracht en versterking.
• Ze heeft het geloof van een mysticus.
• Ze ervaart een soort rustig enthousiasme, een soort volheid.
• Ze is erg opgebloeid, gevoed door een onzichtbare kracht die onverwoestbaar lijkt.
• Het schrift ziet er in ieder geval een beetje vreemd uit vanuit een gewoon oogpunt.
• Ze werkt heel hard, ze is een volgzame leerling.
• Ze is in een soort tweede toestand, onverschillig voor de buitenwereld.
• Ze kan heel goed onzichtbare werelden waarnemen, als een medium.
• Ze heeft een zeer grote geconcentreerde kracht; ze is diep in meditatie.
• Ze behoort haarzelf niet toe. Er is een zekere standvastigheid.
• Ze heeft een grote zelfbeheersing, waarschijnlijk ook in haar gedrag.
• Ze is waardig.

Aanvullende interpretatie van de fragmenten van het handschrift in kleinere letters tussen de regels:

• Ze is iemand die in haar eigen wereld leeft.
• Ze is niet geestelijk ziek.
• Ze is minstens bovengemiddeld intelligent.
• Ze volgt haar eigen logica.
• Ze is in staat tot enige integratie.
• Ze gedraagt zich teder, vriendelijk en volgzaam.
• Ze heeft een doel en ze is er aan toegewijd.
• Ze ervaart een inspiratie op hoog niveau.
• Haar leven is geïnspireerd door een ideaal.
• Verder doet niets er echt toe voor haar.